maandag 20 september 2010

Over de vriendschap

Ik zoek woorden om te beschrijven hoe plat liggen in een weekend heus niet zo slecht is… Ik typte en wiste en begon opnieuw. Ik sluit mijn ogen en denk in flitsen aan de voorbije dagen met een glimlach. Goeie vriend die vrijdag belde en waarmee ik meer dan twee uur aan de lijn hing. Lachen, genieten en zo hard die vriendschap appreciëren. Hij ontfutselde info over ‘beste vriend’ en hoe dat nu zat. Hij is nieuwsgierig omdat hij dingen ziet en voelt maar het niet ‘weet’. En we lachten. Maar ik vertelde met een open hart over gevoel, over gesprekken erover, over vragen en over nieuwe onwetendheid...

Hij merkte op dat ik zoveel gelukkiger was dan vorig jaar en vroeg of dat te maken had met ‘beste vriend’. Weer een lach van mijnentwege. Wat een mooie vraag eigenlijk.

Na het telefoongesprek even rondlopen en terug op bed belanden. Ik nam mijn gsm, keek er even naar. Enkele minuten geleden had ‘beste vriend’ me proberen te bereiken. Ik glimlachte en belde terug. Gewoon om te horen hoe het met me was. En ik glimlachte opnieuw. Alsof ze het hadden afgesproken. Gewoon babbelen zonder ophouden over ditjes en datjes… En in the end zei ie: zal ik die film morgen meebrengen, dan kunnen we die samen kijken?

En zo was de vrijdag klaar voor de zaterdag…

18u, een sms: ‘ik vertrek nu’.

18u20: ‘ik kwam goeie vriend nog tegen, ik vertrek nu écht’

Glimlach

De deur openen, blij zijn om hem te zien, cadeautjes in ontvangst nemen: Een fles rode wijn, twee boeken van hem om te lezen (boeken uitlenen is iets dat niet gebeurt, maar ik ben een uitzondering – al mogen we dat niet tegen goeie vriend vertellen), dvd’s op harde schijf om de tijd te doden in een speciaal voor mij aangemaakt mapje. Fijn, fijn! De oven aan, eten erin en buiten de fles ontkurken en genieten van het laatste streepje zon. Na het eten bleek die fles al op… en in huis was geen rode wijn meer te bespeuren. ‘Zal ik gewoon naar huis rijden voor die andere fles?’… Ik lachte. Wat een zot idee. Maar zot zijn is gezond en hij wou van geen wijken weten… Open die deur, weg die auto en ik bleef al lachend achter.

Tweede opening van de deur, tweede verwelkoming. Tweede fles rode wijn die open gaat. Naast elkaar in de zetel dit keer en de laptop als compagnon… Een laptop dient voor jongetjes dan om hun technisch overwicht ten opzichte van de vrouw even te tonen en dus begon hij even dingen te corrigeren. Ik liet hem begaan. Genoot van hem bezig te zien. ‘Zullen we dan eindelijk een film kijken zei ie al lachend’. Uit het lange lijstje meegebrachte films kozen we een sprookje, een japanse animatiefilm. Zitten, draaien, hij die zegt: ‘maak het je maar gemakkelijk, ik pas me wel aan’, benen over zijn benen en gewoon genieten.

Twee flessen rood en een joint voor hem… Mijn hoofd viel tegen zijn schouder en zijn hoofd tegen het mijne. Ogen toe en hangen in de nacht… ‘Gaan we slapen’, zei ik. ‘Hmm’, klonk het aan de andere kant. Licht uit, trap op, bed in en slapen…

En zo was de zaterdag klaar voor de zondag…

Ogen toe en toch wakker zijn… zo begint een zondag. Meer bewegen, weten dat je allebei wakker bent en ‘goeiemorgen’… Zijn er schonere ochtenden dan een zondag? Zijn er schonere momenten dan lachen over die slechte matras en ‘wie de lakens wegtrekt’… Dat is wakker worden in eerste instantie. In tweede instantie staat er uiteraard een olifant in de kamer. Die we niet uit de weg gaan… ‘Wat is dit’… vraagt hij. Mijn ogen zijn toe, ik soes. Twee lagen: het genieten van de warmte en het ongemakkelijke spanningsgevoel omdat dit haaks staat op wat hij in het verleden gezegd heeft, zo zegt hij. Ik luister, zeg dat ik het losgelaten heb. Dat ik gestopt ben te denken en dat ik gewoon geniet van al die fijne dingen die we doen. ‘Hadden we dit misschien beter niet gedaan’, speelt in zijn hoofd. Ik vraag hem of iets in zijn binnenkant nu zegt: ‘damn, dit hadden we niet mogen doen?’… ‘Nee’… ‘Dan is dat iets positief, zei ik. Anders had je je antwoord daar gehad’.

Ik vertelde hem over de vraag van goeie vriend: ‘dat ik zoveel gelukkiger was dan vorig jaar en of dat te maken had met hem’. Ik had mijn ogen toe en soesde wat. Ik voelde hem ineens kijken naar me en na enige stilte zei ie: ‘en?’… We lachten. Ik zei wat ik goeie vriend had geantwoord: ‘ja’… En we glimlachten opnieuw.

Lachen, genieten, positie zoeken voor mijn rug. Hij die een tweede keer vraagt: ‘zou een massage helpen?’… Even later worden mijn woorden naar de achtergrond geduwd door zijn handen. Genieten en overgeven aan zijn twee gouden handen… You are my hero, zei ik hem.

Liggen, genieten, zwijgen, nog wat soezen… en opstaan. Samen aan de ontbijttafel met verse koffie… Wakker worden in fase 2. Opruimen en afscheid nemen met een knuffel: ‘dit was plezant’…

En zo was de zondag klaar voor de zondagavond…

’s Middags slaap inhalen en tegen de avond wakker gebeld worden. ‘Mag ik nog langskomen?’… Goeie vriend. Ja hoor.

De deur openen, een warme welkom. Zittend aan de keukentafel, terwijl ik mijn avondeten at, wederom gewoon praten. Over het voorbije weekend en hoe hij doorgezakt had die nacht. Lachen met zijn avonturen.

Twee vriendschappen… allebei anders maar allebei uniek… Ik sluit mijn ogen en glimlach.

En zo was de zondag klaar voor de maandag… 

1 opmerking: