zaterdag 31 december 2011

Naar een dag van morgen

Het zijn intense dagen...

Lang is de stilte er in mezelf geweest... Schrijven kon ik niet, niet hier en niet in het kleine rode boekje dat dicht bij me ligt, naast mijn bed... Ik kon het niet. Proberen te vangen in woorden wat je amper zeggen kan... Gevoel dat de overhand heeft...

Het zijn intense dagen...

Ergens onderweg raakten we elkaar kwijt en het blies me helemaal omver... Of het voelde zo als je tegen elkaar uitspreekt dat het zo niet meer gaat... Alles verteert je en enkel je lijflijkheid schiet nog over, zo lijkt het maar al de rest doet zo'n pijn dat je meer aanwezig bent dan ooit in feite maar dat je zo afwezig lijkt... En dan hield het op...

Eten, slapen... alles viel terug in het absolute minimum en niets was nog wat het ooit was geweest...

Alleen... alleen bleef ook hij ergens toch aanwezig. Met meer afstand, met meer stiltes in de dagen ertussen maar dat hield niet op... Soms gewoon elkaar zien in een kookles, niets meer maar nooit die absolute niet-meer-zien-horen-stilte... En ergens gaat je hart liggen... legt het zich neer bij de situatie... Vechten tegen 'graag zien' in plaats van 'houden van'... is onmogelijk... Dus geef je op... en duw je jezelf doorheen de dagen.

Het zijn intense dagen...
En ergens onderweg ga je ook niet meer uit de weg. Spreek je af, loop je door Leuven, en is alles zoals voorheen, of zo voelt het maar weet je dat alles ook helemaal anders is. Een bezoek aan het museum, stof zoeken in een klein winkeltje, strip kopen in een stripwinkeltje... het voelde allemaal zo vertrouwd.

Dichter... zo voelde het weer, dichter en toch zegt je hart dat het ook 'dat maar is'...

En toch... een kindje dat geboren wordt... héél dichtbij en  ik voel het en ik voel mijn ontbrekende deel daarin... of hij laat het me voelen door het feit dat hij het met deelde, via mail, via sms...

En soms... soms ben ik miss abnormalia ten voeten uit... En na een kerstweekend waarbij ik elke vezel van m'n lijf voelde, besloot ik dat het op kerstdag genoeg was geweest dat gevoel... Stap in mijn auto, rijd naar hem toe en ik zeg hem 'vrolijk kerstfeest', eens binnen en we vallen elkaar in de armen, minutenlang terwijl hij in mijn oor fluistert 'ik ben peter' en mijn tranen de vrije loop gaan op zijn schouder...

De week vakantie was meer dan nodig voor mezelf en ergens halverwege duiken we nog eens de stad in, een tentoonstelling die al even op ons lijstje stond. We ontmoeten elkaar op zijn appartement, wandelen er naartoe en onderweg ontdekken we een plek waar we ons koffie, verloren brood en verse croissants bestellen. Gezeten aan een tafel, de rust van de dag er bij en de gesprekken die vlot lopen...

Het zijn intense dagen.

Zo komen we opnieuw tot die diepgang en intensiteit die ons de laatste keren eigen is. En de echte onderliggende reden waarom dit alles eigenlijk fout liep, komt daar, als bij toeval naar boven...

En mijn hart stopt...
Mijn hart dat de deuren had toegedaan, dat haar eigen weg zocht... stopt daar...

Want het drong allemaal niet zo tot me door... dat gebeurde pas in de voorbije dagen, toen ik terug tot mezelf kwam, toen die afstand er terug was... alleen, thuis... Dan pas gleden die woorden naar beneden en bereikten ze vaste grond...

Ik had het mis, ergens... zo voelt het... Het gaat niet over 'houden van' versus 'graag zien'... het gaat over iets dat haalbaar is... zo lijkt het... Het gaat over iets waar ik van kan winnen, zo voelt het...

En toen ik vanmorgen wakker lag... had ik er genoeg van... Van mijn gewoel tussen de lakens.

Ik kleedde me aan, daalde de trap af, de auto in, passeerde langs het tankstation voor croissants en fruitsap en reed verder. Ik parkeerde, nam mijn telefoon en belde... Geen gehoor. Ik nam de sleutels, die ik sindsdien van mijn sleutelbos had gehaald en ergens thuis bewaarde, en draaide het slot om. Een bonkend hart... Ik nam de trap en ergens halverwege hield ik halt... Ademen miss, ademen...
Verder de trap op, de deur open na even zacht geklopt te hebben... zijn slaapkamerdeur... klopje en 'niet schrikken'... het bed was leeg, het licht van de badkamer scheen en hij kwam om de hoek... 'euh, toch wel', zei hij...
'Niet schrikken', zei ik, 'ik heb ontbijt voor je bij'.

We zetten ons aan de tafel, aten, praatten wat over de muziek die hij had opgezet. M83...
Hij moest weg, koken voor zijn familie... Ik doe mijn jas aan, hij houdt me vast, bedankt me voor het ontbijt.

En ik denk bij mezelf... hier ben je niet voor naar hier gekomen... niet om nu te vertrekken en niets te zeggen en dus vraag ik het hem 'heb je vijf minuten?'... hij kijkt me aan... 'ja'...
Niet hier zeg ik, niet zo... gaan we even op bed liggen want ik wil je iets zeggen en dat lijkt me een betere setting...
En met mijn jas aan kruipen we even onder de dons. We nestelen ons even, ieder voor zich en na even stil te zijn, begin ik eraan...

Dat het me verrast heeft in de week... Dat de afgelopen dagen alles is binnen gesijpeld... Dat ik aan het draaien was maar dat door dit nieuws... Ik ben gaan nadenken... Want ik besef nu dat het niet gaat over 'niet graag genoeg' zien... Ik besef nu dat het iets is waar ik van kan winnen. Want van de onmeetbare begrippen als houden van en hoeveel en 'graag zien'... van dat gevoel, dat het er niet genoeg zou zijn... daar kan je niet van winnen... Ik probeerde dat ooit en weet dat die strijd nog voor hij ooit begon al verloren was...
Maar hier gaat het duidelijk om iets anders... iets waarvan ik voel dat het haalbaar is en ik heb de afgelopen dagen gedacht wat ik hier in kan doen... Maar hij heeft me het afgelopen jaar die zekerheid in mezelf gegeven om nu de ballen aan mijn lijf te tonen, op te staan en te zeggen: 'vergeet het als je denkt dat ik toelaat dat je daardoor van me weg loopt...'.

Dus zei ik het... vanmorgen, onder de dons, met jas en al nog aan...
En het was veel... hij vroeg tijd om erover na te denken... Een zin die eigenlijk niet gezegd moest worden want ik verwachtte geen antwoorden... Vasthouden... hij die zegt 'het zijn intense dagen'...

Uit bed, de laatste dag van het jaar tegemoet... Ik wandel uit de slaapkamer, hij richting badkamer. Hij komt me achterna, houdt me vast, bedankt me voor het ontbijt... en ik zeg dat ik eraan getwijfeld heb om het te doen... dat ik het zo 'inbreukend' vond...

Hij zegt dat het daarom is waarom mensen vaak zo vaag zijn... en ik zeg dat ik hem niet begrijp. Hij lost zich, wandelt naar het raam, kijkt naar buiten en zegt... Mensen praten vaak in vage termen als iets beëindigt wordt van 'het is op...', etc... maar dit... dit zou me ook getriggerd hebben, zei hij... Dit nieuws zou me ook zo doen handelen als jij nu doet... En dat het goed is dat ik het gedaan heb...

We omarmen. Ik geef hem een zoen en ik draai me om... De deur open en het nieuwe jaar tegemoet...

Een nieuw jaar vol vraagtekens maar een oud jaar dat ik heb afgesloten zoals ik vond dat het moest afgesloten worden... Met de dingen te zeggen zoals ze zijn en te vechten voor hem die me lief is...

Of dat genoeg is...
2012...

x
Een gelukkig nieuwjaar!

vrijdag 28 oktober 2011

de donderdagavond ervoor

Misselijk... Wederom... Deze nacht amper geslapen... Stress...

Gisterenavond was de AB. Bon Iver... Af en toe ging het recht door mijn lijf. Wij twee, daar... Naast elkaar en als het dan die intieme muziek werd die Bon Iver zo typeert dan kreeg ik kippenvel, vocht ik tegen de tranen die niet mochten rollen en slikte ik meermaals die brok aan gevoel door.

Gisteren was wel voorbereid uit de badkamer komen met de nodige aandacht voor de make up die mijn gezicht er ineens pakken beter deed uitzien. Subtiele toetsen doen wonderen, zo bleek. Ik ben mijn vriendin eeuwig dankbaar voor de les van het voorbije weekend.

Gisteren is hij die op de oprit rijdt, onder zijn motorkap iets aan het checken is en wij die instappen... Zonder kus ter verwelkoming, etc. Brussel. En wij twee in de auto.

Gisteren is dansen op 'skinny love' en zo hard genieten van dat nummer. Of kippenvel krijgen en het bijna niet meer uithouden bij 'the wolves' wanneer 'zijn' hand op mijn schouder ligt en ik weet niet of het is om stabiel te staan opdat hij het nummer filmen kan met zijn telefoon of het iets anders wil betekenen maar ik hapte alleszins naar adem.

Gisteren is samen achteraf nog eentje drinken. Praten over ditjes en datjes en gewoon... 'wij' zijn.

Gisteren is terugkeren naar de auto, rijden naar huis en hij die helemaal door rijdt tot achteraan mijn oprit. Ik die denk uit te stappen en afscheid te nemen op het moment dat hij vraagt of ik nog een boterham heb... En dus staan we in de keuken, lach ik naar hem, veeg ik dat beetje smeerkaas van zijn lip en zit ik in de zetel iets later. Hij die zijn handen uitsteekt, om afscheid te nemen en we houden elkaar vast en wiegen enkele danspasjes, zetten een stap terug en lachen, kijken, vechten.

'Je straalt', zei hij... En ik wist dat mijn gezicht dat ook deed... De wonderen der make up en het gevoel van: 'erin te geloven'... Hij herhaalde het nadien nog een paar keren.

Hij zet zich op de leuning van een andere zetel en ik vraag hem op te schuiven en zet me 'face to face' ten opzichte van hem. Vechten, allebei en ik verontschuldig me ervoor. Dat ik het moeilijk heb om hem te laten gaan. Dat hij het weet, dat hij het voelt, dat er geen verontschuldigingen voor nodig zijn, dat hij ook vecht. Ik zeg dat het niet nodig is te vechten... Dat hij mag blijven... Dat we morgen toch samen zijn... Maar hij zegt dat het gevoel er is dat hij naar huis moet... 'Morgen', zegt hij.

En we praten over New York... 'Dat het raar gaat zijn', zegt hij. 'Waarom raar?', vraag ik hem. 'Omdat het zo snel terug vertrouwd gaat aanvoelen en dat het gaat raar zijn achteraf...

En ik slik. En het snijdt...
En ik vraag hem: 'Ik vraag het je op de man af maar wil dat zeggen dat je het 'weet''... 'Die zin suggereert dat je het weet... Dat je eruit bent'...
En er is rust tussen ons, en er is pijn van binnen bij mij.
'Neen', zegt hij. 'Maar ik verwacht niet van New York dat dat duidelijkheid gaat brengen'.

En misschien besefte ik in mezelf op dat moment dat ik dat wel 'verwacht'. Hoe zeer ik ook tegen hem en mezelf mocht zeggen dat we daar gewoon gaan leven in het 'nu'...

En misschien huil ik daarom nu en lag ik daarom een hele nacht wakker en kroop ik om 5u vanmorgen naar de wc en zei ik tegen mezelf dat ik terug rustig moest worden...

Hoezeer ik het ook zal moeten ondergaan, zal moeten beleven moment per moment... Vannacht zat die eeuwige vraag weer in me... 'Wanneer gaat hij het 'weten'?'... 'Wanneer moet ik zeggen 'stop'...?'...

woensdag 26 oktober 2011

beslist

En ik drukte zonet op de knop
na dagen en dagen van twijfel
besliste ik
nadat een vriendin zei: 'doen'

Het is vechten om in balans te blijven
het is lachen en rustig worden als je samen bent
er is zoveel gevoel
Ontmoeten, eten, dingen uitzoeken voor New York
dingen plannen voor na New York
lachen, aantrekken, omhelzen, avond en nacht
wakker worden
die tedere blik die mijn ogen vangt...
en de dag erna ook weer alleen zijn...
en zoeken naar je eigen glimlach.

En alles ligt er
er is alleen die stap
die twijfel
weten dat het nog kan gebeuren, wij twee...
aldus hij
en ook... niets weten...

De momenten dat ik alleen ben
zijn er geen mooie
onzekerheid...
tranen...
En zo'n moment als New York
dat komt er nooit meer
van vrijdagavond tot zondagavond de week erop... samen

In eerste instantie ga ik me amuseren
dat welverdiende verlof ten volle voelen
maar ergens weet je
dat dit de dingen bloot moet leggen
is het niet nu
dan is het minstens erna
want erna
zijn de dagen, de weken, de maanden...
dan verglijden ze zomaar
dit
24/24u, 7/7 samen... dat komt niet meer...

Al ga ik in New York gewoon vieren
vakantie
mezelf
en de maanden die we wel met het volle geluk achter de rug hebben
New York is er niet om ongelukkig te zijn
om te twijfelen
New York is er om me ten volle te smijten
en te zijn wie ik ben
en niet wie ik niet wil zijn...

Dus drukte ik
op de knop
zonet, dankzij die vriendin...
Die duw in de rug had ik nodig
ik boekte een helikoptervlucht boven New York
voor ons twee, 20 minuten lang...
op de dag dat we normaal een jaar samen zouden geweest zijn
'I'll show him heaven'...

zondag 23 oktober 2011

over de goudvis en thuiskomen

Vrijdag en ik word weer onzeker. Geen communicatie op donderdag en dat vreet aan me op vrijdag. Vrijdag is eindelijk vakantie, na twee jaar wachten heb ik nog eens vakantie. En toch, ik ga het met een vreemd gevoel tegemoet op vrijdag.

Gevoel en alleen zijn doen rare dingen met een miss en dus stuur ik ergens richting de nacht een sms naar het oosten en geef ik erin toe dat ik hem gemist heb. En hoewel ik dadelijk antwoord terug krijg en dat begint met 'leuk je te horen', was het geen 'ik u ook' en geeft het me zorgen.

Zaterdag, ergens tegen de middag trek ik mijn gloednieuwe rode jas aan en wandel mezelf naar buiten, de zon tegemoet, de stad in. Ik voel dat het me deugd doet. Ergens in de namiddag beland ik bij vrienden waarvan de vriendin belooft heeft me de tricks in make up te leren. Zij is zelf telkens een plaatje en ik heb er amper verstand van. Al weet ik dat het opgemerkt wordt maar verder dan mijn ogen geraak ik meestal niet. Dus zet ik me gewillig op een stoel in hun woonkamer, lachen we bij elke blik in de spiegel en voel ik achteraf dat ik er beter uit zie. Met een lijstje met meer dan tien producten weet ik waar ik in mijn vakantie fortuinen ga aan uitgeven.

We praten nog wat na aan de tafel, over hem. En ergens besef ik dat ik zijn goudvis nieuw water ga moeten geven, zoals ik beloofd had gisteren. Vriend voelt ineens dat hij geland is en met een snelle blik via het internet wordt dat bevestigd. Ik trek mijn jas aan en ga op weg, naar zijn goudvis.

Weer dat gevoel, het binnenkomen, de trap op, dit keer in het donker en de sleutel draai ik in het slot. Op dat moment gaat mijn gsm en ik weet het... En ik haast mezelf in de hoop niet te laat te zijn maar ik krijg hem op tijd te pakken in mijn handtas.
En ik lach, even blijf ik lachen... Hey hey.
Zo grappig... ik doe net de deur van je appartement open...
En? Leeft ie nog...
Wacht, ik kijk... oef... ja!
Ik bel je om te zeggen dat ik veilig geland ben...

En we praten nog even verder, terwijl hij op zijn bagage staat te wachten en binnenin komt er een rust over me. Hij is veilig terug... En hij belt me onmiddellijk... en hij lost mijn vragen op van wanneer en of we gaan afspreken in verband met New York door daar zelf aan te denken zodat ik alleen maar 'ja' en 'kom maar naar hier dan na je werk, maandagavond past' hoef te zeggen... Over dat ik een make-upsessie heb gehad bij vriendin en hij die 'echt' zegt, waardoor ik weet dat hij het cool vindt. Over 'blij zijn' dat hij terug is... En hij lacht.

Later begeef ik mezelf naar de winkel, en loop ik met een gerust hart naar de tram. De vis is in orde en hij ook. En wanneer ik mezelf de vraag stel of hij zijn bagage heeft, vertelt mijn gsm dat hij vloekt want hij blijkt geen trein te hebben van Amsterdam naar Brussel maar een vliegtuig en hij had dat niet gezien. En ik bel hem. En hij neemt niet op. En ik bel hem nog eens, en hij neemt nog niet op. Dus stuur ik een sms en net wanneer die weg is belt hij me...

Het is toch te onnozel dat je daarna nog eens een trein moet nemen naar Brussel om dan nog naar huis te treinen?
Hij vloekt, dat het onnozel is, onecologisch, etc en dat ze dat volgende keer toch beter moeten regelen.
Ik ben daar op 25 minuten en dan ben je gewoon op tijd thuis. Laat me gewoon je vluchtnummer weten zodat ik weet wanneer je landt en dan zal ik er zijn.
Hey, bedankt he!

En zo verliep mijn zaterdagavond helemaal anders dan ik hem me had ingebeeld en reed ik iets voor 22u naar Zaventem om daar in de aankomsthal, met rode jas en een groen lijntje boven mijn ogen, te staan wachten. Hij zwaaide toen hij de deur nog door moest en me al zag... Hij baande zich een weg tussen de andere reizigers en daar stonden we, knuffelend...
Oh, wat doet het goed dat er iemand me opwacht, zei hij.
En we gingen nog even door... Een zoen en lopen naar de auto.

Je ziet dat je bent opgemaakt.
Ik fronste mijn wenkbrauwen, begreep niet wat hij wilde zeggen en toen snapte ik het.
Dat groene lijntje, ik heb het nog nooit bij iemand gezien maar het past echt wel. En je lippen zien roder...

En we waren weer vertrokken... Pratend in de auto en af en toe ook zwijgend. Hij had een hele dag reizen achter de rug en zag er zichtbaar moe uit. Af en toe keken we naar elkaar, ik knikte en zei: je bed, bijna. Ik reed verkeerd om god weet welke reden, diende te draaien en bracht hem veilig thuis.

Ik stapte mee uit terwijl hij zijn bagage uit de koffer nam, mijn auto op vier pinkers voor zijn voordeur. En daar volgde de volgende knuffel. Hij die me nog steviger vast knuffelde en 'hmm' zei een paar keren.

Bedankt he, zei hij.
Dat is heel graag gedaan en dat weet je.
Volgende week zitten we in New York en dat gaat leuk zijn, zei ik in zijn oor.
Hij hield me vast.

En net na het loslaten volgde er nog een korte zoen, omdraaien en mijn auto in. Even kijken of hij binnen geraakt en na zijn zwaai geef ik gas...

Naar huis toe... met de glimlach.

woensdag 19 oktober 2011

dinsdag op woensdagnacht

1u46, mijn wekker loopt af.
Ik grijp naar mijn gsm en stuur de succeswensen in no time richting Azië.

Ik val terug in slaap.
Half drie... Een sms van hem. Hij zit te wachten, glimlacht en bedankt me voor het warme gevoel...

Ik slaap vanaf dat moment niet meer, ik hang in het ijle tijdens wat gesoes... Denkend aan hem, aan zijn presentatie, duizenden kilometers hier vandaan. Lang naar toe gewerkt en ik... ik ben daar.

3u37... Hij... Dat het goed ging, dat hij complimenten ontving en: 'Knuffel x'... Hij die altijd al afsloot met de letter van zijn naam en al hardop heeft gezegd, 'juist, dat kruisje...'. En nu...

Ik roep hardop dat ik blij ben, maak mijn vreugde over en zeg 'en weet dat ik er bij was'.

'Je was er bij idd! Bedankt, en slaap zacht als dat nog lukt :-)'

4u12... En ik kan niet slapen maar ik lach er hardop bij.
Wat een euforie! Wat een speciaal moment... Blij.

dinsdag 18 oktober 2011

dinsdag

Ik steek de sleutel in het slot. Het is wel even geleden dat ik deze sleutel gebruikte... Ik open de deur en ik zie 'mijn fiets' staan. Ik kijk even naar de brievenbus aan de achterkant van de deur en die blijkt vol te zitten. Zonder dat ik een sleutel heb hef ik het klepje op en haal ik enkele brieven uit de bus...

Daar word ik voor de eerste keer stil: een envelop aan hem en mij gericht... Ik ga de trap op en steek de sleutel in zijn voordeur. Ik open het appartement en leg de brieven op de tafel. Ik draai me om en ben opgelucht...

Zijn vis zwemt nog rond. Ik stuur een sms dat de vis terug in vers water rond zwemt en ben daar blij om.

Ik loop naar de badkamer waar het licht nog brandt. Ik doe het uit, kijk naar het bed, kijk naar de woonkamer... Ik geef de vis nog even eten, neem mijn handtas en sluit de deur opnieuw achter me...

En ik rijd naar huis... met een bang hart. Het nadeel der technologie is dat je direct een antwoord verwacht.

En het komt niet.
En ik bedenk scenario's.

Een half uur later komt dat bericht wel. En ik glimlach.

En vannacht zet ik met zekerheid mijn wekker, opdat ik zeker wakker ben rond 2u. Wakker om hem een sms te sturen en succes te wensen met die presentatie...

Vannacht.

zondag 16 oktober 2011

zondag - update

Ergens in de namiddag, gezeten achter mijn naaimachine hou ik even halt. Ik zet me even aan de laptop en daar zie ik zijn naam...

Een mail. En even slaat mijn hart een slag over.

Ik open zijn mail en zie een foto, een nachtpanorama, vol lichtjes, aan een rivier.

En eronder: 'Groetjes uit Shanghai'. Gestuurd via zijn telefoon... Ik zie wat hij nu ziet...

Ik slik, ik slik nog eens en daar rollen ze... Een tsunami van gevoel rolt naar boven en ik kan het niet meer tegenhouden... Voor de zoveelste keer op zoek naar een zakdoek... Maar dit keer is het een ander gevoel...

Zo graag zien...

Tranen bij het schrijven van deze post... Tranen en een glimlach... Hij denkt aan me en hij toont het...

zondag

Ik staar, al dagen staar ik hier naar die blog... Zoveel te zeggen en niet weten hoe het te schrijven. Al voel ik dat er wel iets uit moet...

Na die maandag ging het weer even tot het woensdag werd en alles in mijn lijf weer tegenwerkte. Ik ben de afgelopen weken echt een curve. De ene dag lukt het me, de andere dag gaat het langs geen kanten. Zo ook die woensdag. En toch vocht ik die avond om mezelf naar de kookles te krijgen. Toch vocht ik om daar te staan... Al bleek het, eens ik er was, een slecht idee. Geen milliliter energie stroomde nog door mijn lijf. Ik kreeg geen hap binnen van wat we gemaakt hebben en ik verbrandde mijn vingers wegens niet gefocust en maakte alles fout... En nadien ga je buiten, houdt hij de deur voor mij en verder voor de rest vast, loop je terug naast elkaar en beseft hij dat hij zijn jas, etc vergeten is. Ik loop door en eens buiten crash ik... Tranen. Mijn vriendin wil me vasthouden maar ik zeg: laat maar want ik wil niet huilen en straks kan ik ze niet meer tegenhouden. Ik wrijf ze weg, ik adem, ik stap stilaan verder niet wetende wat te doen... Wachten of doorgaan... Dat laatste lukt me niet.

Samen, gezeten op de motorkap van zijn auto... Stilte, verdriet... En niet kunnen doorgaan wegens te weten dat je dan helemaal in elkaar stort. Zitten moest ik, dus nemen we plaats in zijn auto. En in t begin is er alleen maar stilte... En gaandeweg volgt er terug conversatie, word ik terug rustig... Uitstappen, na meer dan anderhalf uur en hij die mee uitstapt. Weer die knuffel, minutenlang... Weer die zoen... Die wijsvinger die de mijne grijpt en waar we knijpend in blijven hangen terwijl we die laatste aanraking lossen...

De donderdag is up, de vrijdag is terug down en de zaterdag terug up. Ergens na de middag belt hij me, dat hij naar de kookwinkel gaat en of hij iets moet meebrengen. En hij overvalt me... Vragen die ik niet verwacht. En tegelijkertijd mag ik bij hem vanavond komen eten voor de dansvoorstelling - ongepland maar een voorstel door de samenloop van omstandigheden.
Bij aankomst staat hij in de keuken en dan overvalt je weer dat rare gevoel. Alles weten liggen en dus de tafel dekken, etc zonder verdere vragen. Maar ik dit keer aan tafel, hij in de keuken... Niet van onze gewoonte. Samen eten, haasten naar de voorstelling en genieten maar toch, dat ingehouden gevoel. Hij die achteraf vraagt of ik nog een theetje bij hem kom drinken. Eens daar staat er nog een hele afwas die we eerst samen doen. Samen de afwas doen heeft iets huiselijk... Ook dat is een raar gevoel.

Met twee tegenover elkaar aan de tafel, met een thee... Gewoon pratend, tot hij zegt: 'Dit is raar... die voelbare afstand'... en ik zucht. 'Dat is omdat jij die gevraagd hebt'... En weer lopen we tegen het gesprek aan dat we al vele malen hadden, weer beseffen we dat we er met ratio niet uit gaan geraken. En hoe dit dan moet in New York, vraagt hij zich af. Hoe we deze gesprekken daar kunnen vermijden... Ik die zeg dat er een moment komt dat we dit niet meer moeten vermijden, dat dit gewoon ophouden zal... Omdat het gewoon niet kan... En dat gevoel komt rond je hart te zitten en weer voel je die pijn. Maar ik sta niet op en hij vraagt me niet naar huis te gaan... 'Hoe New York gaat zijn...', zeg ik hem, 'ik weet het niet. Ik weet niet hoe je uren op een vliegtuig naast elkaar moet zitten en als je moe bent je  hoofd op je schouder wilt leggen en dat dat dan niet 'mag'...'. Ik weet het niet.

En ergens daar keert het verhaal... Ergens daar wordt het vaag en mistig en verlies ik het overzicht. Hij die me vraagt waarom ik dat niet gewoon zou doen als het zo voelt en ik die hem aankijk... 'Omdat het niet kan.. Omdat je niet naar New York kan gaan, een week leven zoals we altijd hebben gedaan en dan terug op Zaventem te staan en daar weer mee te moeten ophouden...'
En de waas brengt me uiteindelijk tot de beslissing dat ik beter naar huis ga. Dus zeg ik het ook hardop: 'ik ga eens naar huis gaan'... En met die zin legt hij zijn hand op tafel in het midden. Ik glimlach, leg mijn hand op de zijne en we kijken elkaar aan. En daar draait de avond. Daar begint hij over het 'leven in het nu' en dat we meer moeten leven in het 'nu'. Dat het 'nu' in het algemeen, dat daar niets mis mee is, dat er enkel iets wringt bij het toekomstbeeld... En ik kijk... en hij kijkt... En ik zeg dat er alleen het 'nu' is... Dat ik over later ook niets weet. Het knettert.

En het knettert een hele nacht... Ondanks het feit dat ik tussendoor veel wakker lig, dat mijn hart zich vasthoudt... De morgen, de wekker loopt af en waar hij een hele nacht mijn hand gezocht heeft of me tussendoor een kus gaf... De wekker loopt af en je vraagt je af hoe hij wakker worden zal. Hij kruipt naar me toe, we genieten van dat ochtendgevoel. 'Hoe gaat het met je?', vraag ik hem. 'Volop aan het genieten van het nu'...
Ik moet eruit... een afspraak die nu meer dan ongelegen komt maar ik moet eruit... Ik haast me, we zoenen nog terwijl hij zich nog eens omdraait en afscheid nemen...

Na mijn afspraak bel ik nog even... En laat ik hem ook weer verder werken aan de presentatie.

Dinsdag... En ik ben helemaal gek. Dinsdag en ik baal als een stekker na twee dagen stilte... Boos, etc. Alle slechte gevoelens staan bovenaan. En ik heb er genoeg van... Eens thuis bel ik hem. Leg ik het hem uit dat het niet echt fijn is hem niet meer gehoord te hebben... Dat het raar is na zo'n zaterdag... En we geraken weer in gesprek, op een aangename manier. Duidelijk in dialoog... Ik die mijn eigen hoofd weer voorbij gerend ben, ik die allerlei conclusies klaar had en die me blijk te vergissen. Een mens kan niet van de ene dag op de andere klikken maar niets zeggen wil ook niet meteen zeggen dat hij weggelopen is... Ok, een mens 'weet' alleen maar dat de deur nog open staat en niet helemaal toe is... Zo voelt het en ik land weer.

Woensdag koken. Dat ging al pakken beter dan vorige week, al blijft het nog altijd raar en heb ik geen reacties klaar op anderen die naar 'ons samen' alluderen... Ik zwijg dan, niet wetende waarover hen in te lichten... Zij, de onwetenden en eigenlijk weet ik het zelf ook niet.
Achteraf in de auto overhandig ik het ingepakte cadeautje... Zijn ipadhoes... Na uuuuuuren werken, terug losmaken, terug opnieuw proberen is het eindelijk af... Klaar om mee naar China te vertrekken. Hij bedankt me en geeft me een kus op de mond en beiden voelen we dat we mentaal daar even blijven hangen. Nog wat praten over China, over zijn vertrek en uiteindelijk beseffen dat je uit die auto moet, wederom.

Naar huis rijden voelt eenzaam... Zwaaien aan de lichten als ik de andere richting op moet rijden en dan slaat het gevoel pas echt toe. Thuiskomen, de zetel en een zakdoek... En dat zet zich verder in de donderdag na het werk... Niet meer kunnen, zonder specifieke reden.

Vrijdag en in de namiddag struin ik door de stad, geniet ik van wat zon en na een paar winkels kies ik terug voor thuis en de zetel en slaap ik wat, daar waar het me deze week aan ontbrak. Ik maak met mezelf de afspraak dat ik hem ergens rond 20u zal bellen gezien zijn vertrek morgen en ik die nog afscheid wil nemen. Maar hij is me voor. Ergens rond half zeven staat zijn naam op mijn gsm... Ik, surfend naar iets supercool in New York, neem op en lach.

'Je lacht al nog voor je goed en wel hebt opgenomen', zegt hij. Ja, ik surf naar iets gewéldig in NY... En normaal zou ik het sowieso regelen maar gezien de omstandigheden twijfel ik. Maar ik blijf toch lachen, en heb het moeilijk het hem niet te vertellen en dat geef ik hem ook toe. Ik zal het je makkelijk maken en je er niet verder over uithoren, zegt hij. 'Als ik een halve dag vraag in New York en je meeneem, zou je dat ok vinden', vroeg ik. Hij zei dat we nog geen plannen hebben gemaakt over New York en dat hij me blindelings vertrouwt dus ja. Maar het is iets duur en mja... We zwijgen er verder over, gaan naadloos over naar zijn vertrek morgen, zijn presentatie die bijna klaar is en nog wat bijschaving vraagt...

Het voelt goed, het voelt warm... Het voelt bijzonder dat hij mij nog belt voor zijn grote reis... We spreken af dat ik zijn goudvis zal verzorgen deze week en ik hoop vurig dat hij niet sterft deze week gezien de andere twee weken geleden de geest gaf en deze toch niet zo ok lijkt... 'Ik verwissel hem gewoon hoor mocht dat gebeuren'. En hij roept 'neeee'. Laat die vis maar een schone dood sterven dan. Maar hij begrijpt dat ik het echt rot zou vinden moest het deze week gebeuren.
Weet je, zeg ik na het half uur telefoneren... Ondanks het feit dat ik je minder hoor dezer dagen, ga ik je toch missen volgende week... Hij lacht, oprecht. We ronden af en hij zegt: ik ben blij dat ik je nog eens gehoord heb. Ik lach hem toe: 'dat is volledig insgelijk'...

Zaterdagmorgen en ik ben reeds vroeg wakker. Ik beloof mezelf om rond half elf, als hij zijn trein richting Parijs zal nemen, hem een sms te sturen. Maar opnieuw is hij me voor. Ergens rond 10u krijg ik het bericht dat hij zich heeft geïnstalleerd in de trein en klaar is voor zijn rit naar Parijs. Ik glimlach van oor tot oor. Ik geniet van dat beeld... Hij, gezeten in de trein die aan me denkt... Ik voel het gevoel van Thailand eerder dit jaar weer naar boven komen en ik mis nu al... Anders dan dat hij hier is en we hebben geen contact... Dit brengt dat gevoel van Thailand weer boven bij me en ik hoop ergens dat dit alles dat effect ook bij hem zou hebben... Thailand was vier weken verlangen naar elkaar weer te zien...

Nog een sms om te vragen hoe laat hij in China zal landen en onmiddellijk antwoord... Ergens rond 6u40 daar en dat is dan 0u40 voor mij... Hij rekent het om en ik glimlach.

Ik reis met hem mee in gedachten, zoek zijn vlucht op en probeer te vinden waar hij is... Ik ontdek dat hij twee uren vertraging heeft in Parijs en ergens in de namiddag word ik weer bang... Gaat het gevoel weer onder mijn borstkas zitten en vindt het geen uitweg. Het knijpt.

00u40 zegt de wekkerradio en ik kijk... Wetende dat hij er nog niet kan zijn door de vertraging maar ik stuur toch een sms, omdat ik het niet laten kan. Rond half drie krijg ik een ontvangstbevestiging en dat geluid maakt me wakker. Ik kijk even op internet, zoekend of het vliegtuig goed en wel geland is. Maar dat is niet te vinden, ik zoek... Tot mijn gsm weer gaat... Hij... Die mijn woorden als eerste daar gelezen heeft en erbij glimlacht... Hij die me 'slaap zacht' toewenst...

En ik lig wakker... Alvorens terug in slaap te vallen.
En ik weet dat ik niet constant mag sms'n...
Maar ik mis... Opnieuw zo hard als Thailand... Wat vreemd is in deze situatie...

Zaterdag is hij terug... En ik vraag me af hoe de week gaat zijn...

Over minder dan twee weken zitten we in New York... maar daarvoor...

Mijn hart... zo voelbaar... zo echt... zo intens... Niet wetende waar het zijn bestemming vinden zal...

dinsdag 4 oktober 2011

Dinsdag

Maandag ergens in de namiddag zag ik zijn naam op mijn gsm die ik voor de zoveelste keer checkte. Een sms… Ademen miss, ademen en kijken. Of hij vanavond nog eens mocht bellen.

Het toeval wil dat ik die avond vergadering had en dat het me dus niet paste maar dat wou ik niet gezegd hebben. Dus zocht ik een ander uur waarop ik bereikbaar was. 16u.

Ik stopte even met werken alvorens ik er later terug aan zou beginnen, ging even langs bij mijn ouders en ging daar even naar boven. Liggend op mijn oude bed met gsm in de hand.

Hij met papieren in zijn hand op weg naar een volgende vergadering en hij klonk zo ‘ok’… Ik, blij hem te horen… En hij merkte het dat dat van diep kwam. Ik kan niet liegen tegen hem. Ik kan niet doen alsof… Ik zei nadat ik toegegeven had wat voor een moeilijk weekend ik achter de rug had, ‘oh, ik heb een FANTASTISCH leuk weekend achter de rug’… hij lachte.

Waarom ik dan niet gebeld had… En even was ik stil… Elke dag tegen gevochten en dan zegt hij me zoiets… slik. ‘Omdat je afstand wil… omdat ik op mijn tanden bijt om dat te respecteren… Of moet ik je elke dag een sms sturen hoe het daar op weekend is…’ ‘Neen, dat zou ook raar zijn’, zei hij, ‘maar ik bel je nu toch ook’…

Zuchtje.

En toch… ik werd rustiger. Daar waar ik de dag had doorgebracht op flanellen benen en met een hart dat voelbaar onder mijn borstkas zit, werd ik daar in dat moment rustig. Daar waar ik ’s middags nog aan tafel vocht om een boterham binnen te krijgen en mijn ouders bezorgd naar me keken omdat ze zagen dat het me niet afging en ik huilde… ‘Ik vecht mama, ik vecht en doe mijn best maar sterk zijn zit niet alleen in je hoofd… Mijn lichaam wil me daar niet in volgen’… Ze was alleen maar stil en keek met die ogen die ik nooit van haar zag.

Door de tijdsdruk van de vergadering besloten we elkaar na mijn laatavondvergadering nog te contacteren. En mogelijk dan ook af te spreken want ja, er waren wel wat punten die overlegd moesten worden. New York als belangrijkste.

Na dat telefoontje heb ik nog een uur moeten bekomen, zittend aan de tafel met een minimum aan eten, om de eenvoudige reden dat meer gewoon niet gaat. En daarna was ik weer rustig, sterker…

Buitenkomen van de vergadering en bellen. ‘Ok, ik kom naar jou’, zeg ik hem.

Binnenkomen, hij die aan het opruimen is – een vrijgezellenleven… - en dan de dingen laat voor wat ze zijn en me vastpakt. Weer die knuffel en even wegzinken boven zijn rechterschouder.

De zetel, een blikje cola en elkaar… Praten over zijn weekend, over het mijne en hij die verbaasd is hoe intens ik dit allemaal beleef. Ik weet hierdoor alleen één ding héél zeker zeg ik hem, daar waar ik me vroeger niet altijd van bewust was: ‘dat ik je heel graag zie’.

Stiltes, gesprekken… Vragen hoe hij dit dan kan aanpakken… (en hij wist dat de oplossing lag in zijn witte schimmel van stal te halen en op mijn oprit te rijden met een halve bloemenwinkel maar tja…).
Ik lach… mijn ridder op het witte paard… Zo stelde ik het me vroeger altijd voor en nu komt hij met dat idee aandraven.

New York… hij wil mee. Ik geef toe dat ik ook zonder hem was gegaan maar dat ik blij ben dat hij meegaat. ‘Ik zal wel een slaapzak meenemen’, zegt hij en zijn lach erbij doet me glimlachen.

‘Het gevoel’ is echter niet veranderd… Hij weet niet waar hij gaat uitkomen, terug bij mij of een van ons met iemand anders… En die woorden raken.

Ticketjes voor Soulwax en Tiga in New York boeken – ja, ik had dat goed opgemerkt en scoorde door dat voor te stellen. Even zitten aan tafel, mijn pumps die zijn ogen uitsteken en lachen… beiden vechten maar een laatste knuffel en buitengaan…

New York… here we come… en mijn hart wordt iets rustiger. Nog vier weken en vandaag begin ik officieel af te tellen… 

zondag 2 oktober 2011

zondag

Vanmorgen vroeg vertrok ik al aan zee. Hoe goed ik er ook opgevangen werd, hoe goed ik er ook mijn ruimte kreeg... Ik kon niet meer... Een weekend dat niet het mijne was. Ik durf zelfs stellen dat het het allermoeilijkste ooit was. Ik was met mijn hoofd bij zijn familieweekend in de Ardennen... Daar waar ik ook had moeten zijn.

Donderdag, vrijdag, zaterdag stilte en straks kan ik zondag daar hoogstwaarschijnlijk ook aan toevoegen. En het snijdt... Elk moment van de dag snijdt het. Ik ben een stukje van mezelf kwijt, zo voelt het. Een heel groot stuk. De tranen komen in golven. Daar waar de zee zachter dan ooit was en bijna geen golfslag te bespeuren viel, rolden in mijn binnenste de emoties in sterke golfslagen naar boven... Slikken, het merendeel van de tijd slikte ik... Tot het op een bepaald moment niet meer lukt.

Cava drinken op een dakterras met je ouders en tegelijkertijd huilen... Huilen om alles wat verloren lijkt... Huilen om de hoop die je nog hebt en het gevaar dat daarin schuilt... Huilen om afscheid dat ik nooit heb willen nemen... Huilen om de familie die aan de andere kant van het land zit en de vragen die er bij horen... Zou hij mij missen? Etc...

Beslissingen nemen... Alleen naar New York te gaan als hij niet mee wil. Ik ga... al zou ik nog altijd graag als twee volwassen mensen die met elkaar kunnen overeen komen naar daar trekken. Maar als dat voor hem niet meer kan, dan heb ik dit weekend beslist dat ik alleen ga...

De zon schijnt, mijn zonnebril op en mijn auto die me terug naar huis brengt... omdat ik het zo wil. En daaronder, tranen... constant tranen... omdat ik dit niet wil. Omdat ik mis wat me zo lief is... Omdat ik niet meer kan...

Hoe lang houdt een mens dit vol? Hoe lang kan een mens dit aan? Geen houvast vinden voelt zo machteloos...

Stilte is moordend...
En ik mis... elke dag een beetje meer...
en ik ben miss... elke dag een beetje minder...

donderdag 29 september 2011

knipogende koplampen

Donderdag…

Binnenin gingen de gevoelens wat liggen vandaag…

Daar waar het dinsdag overdag ging en ik sterk was, crashte ik eens ik op het werk een voet buiten zette… Een potteke pudding, zo voelde ik me…

Naar huis rijden, mijn ouders aantreffen die tuin en huis hadden onderhouden die dag en instorten… Een handdoek diende als zakdoek. Pijn, hartverscheurende pijn…

Weten dat je moet loslaten opdat dit ooit nog een kans zou krijgen… Al weet je niets zeker. Pijn…

Woensdag was ik een schotelvod. De hele dinsdagavond gehuild… En doodop in slaap gesukkeld. Werken woensdag was enkel het hoogstnoodzakelijke en voelen dat je tegen je limieten aanloopt. Problemen die je worden voorgelegd worden je op dat moment te veel.

Dan een sms van hem… Dat hij niet naar de kookles zou komen… En die sms ging recht door mijn lijf. Van teen tot hoofd en terug naar beneden en ik ademde, en ademde en hield dat zo minutenlang vol… Overlopend van gevoel. Een sms terug dat ik ook niet zou gaan en bijkomend informeren hoe het met hem ging.

Op dat moment liep mijn baas bij me binnen om een dossier bij me te leggen en vroeg: ‘hoe gaat het met je rug en de pijn?’, verwijzend naar mijn epidurale van maandag. Ik keek, knikte van ‘nee’ en hij: zoveel pijn? En daar gingen mijn sluizen open… Crashen voor je baas… God damn… Hij sloot de deur, zette zich aan tafel ondanks dat hij geen tijd had… En luisterde tot ik mijn tranen had weten drogen. Een fijne man…

Woensdag thuiskomen… denken… twijfelen… toch sms’n. Of hij al eten had en dat hij anders wat kon komen eten. Direct reactie en dat deed deugd. Hij vond het een goed plan.

Koken, hij die langs komt en die omhelzing… Ik moet er nog bij ademen.

Eten, buiten, het is al donker… Praten… en terug tot rust komen. Dit deed ons allebei goed. Geen mens zal wel begrijpen waarom mensen het uitmaken en twee dagen later er in slagen samen te eten… Maar dat is wie wij zijn. Dat is hoe wij overeen komen… Dat het niet slim is en ik weet niet wat… je m’en fou. Ik volg mijn hart, hij het zijne… Hij zoekt, ik weet gewoon wat ik wou. Mijn zekerheid te merken vindt hij elke keer weer speciaal. Het brengt hem aan het wankelen, in positieve zin. En je merkt dat hij terug draait, zich in zichzelf keert en ik sta op. ‘Sta eens recht…’ en hij kijkt en ik pak hem vast. Minutenlang in de duisternis van mijn tuin…

Een koffie en een thee drinken, en afronden. Hij die naar huis rijdt maar niet alvorens hij me vastgepakt heeft, wederom, minutenlang en me een zoen op mijn voorhoofd geeft. Ik, gewikkeld in een dekentje, wuif, verblind door de koplampen van de auto, hem uit vanop mijn oprit. Hij knipoogt met zijn koplampen en ik glimlach.
En vandaag, donderdag… ben ik rustiger. Vanavond vertrek ik een paar dagen naar zee, uitwaaien… 

dinsdag 27 september 2011

maandag

Hoe schoner dan schoon
hoe echter dan echt
hoe dieper dan diep
gisteren ook was

Hoe pijner dan pijn
hoe eindiger dan eindig
hoe zwarter dan zwart
hoe zilter de tranen vandaag ook zijn

this is where it ends...
ondanks dat ik hem zei dat dit de grootste fout is die hij ooit zal maken...

maar dat 'gevoel' stopte niet na gisteren
al had ik het ook niet verwacht
maar hij wil uit respect voor mij dit niet blijven rekken
en dus is het dit...

Weten dat het goed was, weten dat dit fout is
weten dat hij fout is
en weten dat dit niet aan ons lag... maar wel aan hem
wetende sinds gisteren dat er een patroon in te lezen viel
hem dat vandaag ook getoond te hebben, er op gewezen te hebben
dit is niet de eerste keer dat hij onrust voelt in een relatie
dat heeft hem geraakt

en hij weet het niet
en volgens mij ziet hij het ook niet
maar al wat hij kan doen is dat gevoel volgen

en dat gevoel is weg van mij
het beste wat hem ooit is overkomen
hij, het beste wat mij ooit is overkomen...

en je houdt vast
en hij zegt: ik wil je niet laten gaan
je droogt zijn tranen
met je vingers
een voor een
je doet een stap naar achter
en zegt
'ik sta hier... en dit is mijn hand', die ik naar hem uitsteek...
verwijzend naar iets vroeger op de avond toen ik hem zei
'als er ooit een moment is dat je denkt... dit is genoeg maar die onzekerheid die hoort erbij... pak dan mijn hand en weet dat je er in mag knijpen'...

en ergens van binnen
heerst het gevoel
dat dit nog ooit goed komt
al weet ik niet waarom ik leef in sprookjeswerelden die blijkbaar toch moeilijk bestaan...

want dit was een sprookje
alleen, vandaag... niet met een happy end.

26 september 2011... de dag dat mijn torenhoog geloof werd kapot gevlogen...

zaterdag 24 september 2011

zondag

zondag wordt het fietsen
een tandem die nog ingereden moet worden (ik kreeg hem van mijn ouders cadeau maar we vonden nog geen moment)

een lege haven die ons opwacht
heen is dat 40 km
en we moeten ook nog terug

maar er is zon
en een leeg landschap
ik ga genieten
of ik ga er alleszins van uit

fietsen
en ineens ver
ik moet er nu al om glimlachen
zot zijn doet zeer
morgen zeker

zaterdag

Een tafel, kaarslicht, een deur die openstaat wat zorgt voor de nodige kou. Twee vrienden en een lege stoel voor me... De stoel voelt leeg.

We bestellen eten en ik beloof mezelf die pasta op te eten. Het is een kwestie van focussen en doorbijten maar uiteindelijk is die helemaal binnen. Een opgave.

Bevriend koppel praat, vriend zaagt over de kou en dit voelt alsof dit niet klopt. Zij die een beetje bekvechten en ik die aan mezelf voel dat ik er amper tegen kan. Normaal zou ik het zelfs niet voelen. Ik eigen me de lege stoel toe door er mijn voet op te leggen en ik vraag me af waar hij zou zijn.

Eerste dag stilte.

Een ander bevriend koppel komt erbij en zelfs de warme thee krijgt me niet warm. 5... 5 mensen aan een tafel... En ik, ik wil weg. Ik blijf maar ik voel dat ik er in feite minder en minder ben. Ik geeuw en kan niet stoppen. Mijn hoofd is al thuis.

Ergens voor middernacht zeg ik dat ik aan het crashen ben, het gegeeuw was anderen ook opgevallen. We nemen afscheid, ze kijken bezorgd. Ik wandel, alleen, de kasseien tegemoet op hakken van een centimeter of acht.

Stap per stap... Moeite kost het me. Blijven stappen miss en ademen. En weer overvalt de stress me, weer reageert mijn lijf... Ik hou de sjaal voor mijn mond en concentreer me. Nog even en je zit in je auto. Ik adem, kippenvel raast over mijn huid.

Naar huis, met een lijf dat weer helemaal overhoop ligt...

Slapen, wakker worden en door en door koud hebben, zelfs als de zon schijnt. Het hoofd stopt geen moment met denken en tegen de middag verplicht ik me om me aan mijn naaimachine te zetten. Het project voor de ipadhoes ligt lang genoeg te wachten. Een hoes voor zijn ipad waar ik al eens aan begon. Ik maak graag af wat ik begon en dus begin ik...

Sinds donderdagavond is het stil... Ik weet waar hij vandaag is. Dat lag al maanden vast. Al de vrienden daar, behalve ik vandaag. En het voelt raar.

En mijn lijf ligt overhoop. Kippenvel raast over mijn lijf.
Vandaag zouden we afspreken voor morgen. Ik zwijg... in afwachting van.

vrijdag 23 september 2011

vrijdag

Thuiskomen
je blog openen
en dan Kaajee...

'Meneer Kaajee' zou ik haast zeggen...
Huilen, huilen, huilen... ik denk niet dat ik ooit al zo'n ontroerend antwoord heb gelezen... Dankjewel.

Thuiskomen
nadat een hele dag niets lukte
niet op het werk, niet in de naailes...

Plots is het huis stiller dan stil en daar verschijnt dan zijn naam in mijn mailbox... En ik word stil bij het lezen van de titel: 'jij'.
Ik klik, ik slik en ik neem de telefoon... 
Ja, ik heb het gelezen... 'Ah, want anders zou het wel heel raar zijn'. Ik had mijn telefoon vast om te bellen toen jouw mail bij me binnenviel zei ik'. Er bestaat een woord voor zoiets zei hij... We hebben dat vaker.

Hij die mij in die mail bedankte om er te zijn die avond ervoor, toen ik hem had teruggebeld na koel geweest te zijn bij zijn telefoontje na de kookles... En de telefoon begon mooi maar liep ook weer fout en door het feit dat we allebei niet wilden dat het die richting uit ging draaiden we het ook weer.

Als stilte niet zal werken en enkel de dood van dit alles in de hand werkt, als telefoongesprekken gevaarlijk lijken te worden... Dan is er volgens mij maar één oplossing: 'Gaan we niet gewoon iets 'leuk' doen?'. Op voorwaarde dat het niet nog meer verwarring brengt, zei hij. Ik zuchtte... Hoe kan ik dat nu weten. Ik wil gewoon iets leuk doen... weg die miserie en gewoon 'iets leuk'. Uitwaaien aan de Nederlandse kust of zo.

We sloten af door elkaar te beloven dat we er over zouden nadenken. Dat we iets gaan doen ligt vast. Wat is nog niet geweten en daar moet ik dus verder over nadenken... Zondag... Slaap zacht. Slaap zacht... en weer wacht het bed en alleen zijn.

's Morgens word ik wakker en in een van de eerste tien seconden denk ik: 'Waar is hij'... en dan komt het besef... Raar...

Vandaag was rustig. Genoeg dringende taken op het werk want aan de rest kan ik maar niet beginnen. Vanmiddag gaf ik naailes aan vrouw van mijn neef en het deed deugd. Zij is de enige van de familie die er buiten mijn ouders en zus van weet. Haar oudste kwam thuis, mijn makkertje... En toen ik dat kleine meisje van 5 buiten zat te duwen op de schommel en eikels zat te pellen die op de trampoline lagen overviel het me... kinderen... mja...

Binnen gaan en afronden. Mijn neef die thuiskomt en me vraagt: 'hoe is het met je loverboy' en snel 'goe, goe' antwoorden. En ik adem, neem afscheid en ga naar mijn auto. Ik rijd naar huis, neem mijn spullen bij elkaar en sluit de deur achter me. En bij het uitdoen van mijn schoenen vinden de tranen even snel een weg naar beneden... Thuiskomen is moeilijk... Het huis voelt stiller dan stil... Alleen door het gevoel dat overloopt.

Me op de zetel nestelen, een deken erbij en even later gaat de telefoon. Niet het ideale moment om op te nemen maar ik doe het toch... Beste vriend... 'Hallo'... en hij begrijpt het meteen... 'Niet het goede moment om te bellen blijkbaar'. Geef me twee minuten, vraag ik hem en ik pak mezelf bij elkaar. 'Vanavond, 20u, in de wijnbar, hapje eten, hapje drinken?'... Ja, vanavond... 

En ik weet dat ik mezelf moet buiten schoppen...
'ok'... 'tot straks'...


donderdag 22 september 2011

een donderdag

Er is nog geen dag voorbij gegaan sinds het moment dat hij over zijn 'onrust' vertelde dat we elkaar niet gehoord hebben. Ik probeer afstand te houden maar niets is makkelijk als je hart niet hetzelfde zegt als je verstand.

Ik bewaar de afstand maar hij belt elke avond, soms zelfs op een middag. En als ik die telefoon dan al gemist heb kan ik het niet laten terug te bellen...

Hij ziet af. Dat is hoorbaar. Ik zie af... ook dat is hoorbaar en voelbaar doorheen de telefoon...
Tranen bewaar je voor ' s avonds, krijg je als er een sms komt (niet owv de inhoud maar owv de emotie, de spanning), 's middags wanneer je even niet op je werk bent... Wanneer je je beste vriend aan de telefoon hebt na één week...

En nog is er niets geweten.
Je mag proberen zoiets te forceren maar ook dat werkt niet.
Je mag de afstand houden door niet naar de kookles te gaan maar ook dan belt hij me nadien op.

Hij maakt zich zorgen om me, vraagt zich af hoe het met me gaat...

Beste vrienden weten het nu ook. Daar ging hij in de week naartoe. Ervoor belde hij, erna belde hij en nadat hij buiten was schoten die vrienden direct naar hun gsm om mij een hart onder de riem te steken en te zorgen dat mijn agenda zich vult deze week door afspraakjes met hen. 'Omdat ik nu alle steun kan gebruiken'.

De laatste twee dagen lukt het me beter om gewoon nog maar 'recht' te blijven. Dat superlege gevoel is zich aan het stabiliseren in mijn maag. Maar werken lukt me nog voor geen meter. Ik vraag me honderd keren op een dag af wat het beste is om te doen... ik vind geen antwoorden.

En hij... hij vindt er ook geen.

En zo ben ik anderhalve week verder... huilt mijn hart nog elke dag en vraag ik mezelf af... waar en wanneer houdt dit ooit op? En op welke manier... samen of... De ene keer ben ik er gerust in: 'dit komt goed' en nog geen twee seconden later ga ik in beschermingsmodus en geloof ik er niet in en stel ik me de vraag of ik niet beter zelf de knoop doorhak in plaats van af te wachten. Maar dan weet ik weer wat ik wil en lijkt die laatste actie zinloos tenzij ik wil leven met de 'what if-vraag' voor de rest van mijn leven.

Ik wil dat die onzekerheid stopt en ik heb er juist niets aan te zeggen... 'on hold' zo voel ik me... Niet 'aan het lijntje' want ik twijfel geen seconde aan zijn oprechtheid. Maar 'het niet weten' maakt het niet alleen hem, maar ook mij serieus moeilijk.

Hoe weet een mens of hij voor de jaren die hierna gaan volgen altijd bij elkaar zullen blijven? Hoe weet je dat het gat waar je in veronderstelt bent te springen op deze leeftijd het juiste is... En waarom doet de ene het zonder nadenken en blokkeert de ander bij die vraag zodat we nu staan waar we staan...

Was er maar iets dat niet goed zat... Dan was er alleszins iets om naar te wijzen en waarvan je wist: "Tja, dat was onoverbrugbaar."

Maar dat is er niet... Graag zien, aantrekking, bezorgdheid, troost, gelach... het is er allemaal.
En bijkomend is er de wetenschap van hem 'ik weet het niet'...

En ik vraag me af wanneer dat ophouden zal.

zondag 18 september 2011

zondag

Op zes dagen tijd ben ik 3 kilo kwijt...
Of hoe een lijf de weerbots voelt en alles in verbinding staat.
Ik, de emo-eter van formaat die dat probleem al maanden probeerde te doorbreken slaag er nu als de beste in.
Eten zegt me weinig...

Mama sleurde me vrijdag mee de stad in hier. Achteraf iets drinken en ze forceerde me om een pannenkoek te eten. Zelf at ze niets, ze was niet goed, had tevens een hele nacht wakker gelegen... De tol van mama zijn. De pannenkoek lag meteen op mijn maag... Die wederom draaide.

Het gestarte dieet van half juli heeft er alleen maar voordeel bij, al weet ik dat dit zich moet gaan keren.

Donderdag, na het schrijven van de vorige post, ben ik volledig gebroken... Ik herinner me niet dat ik in mijn leven zo leeg ben geweest. Pijn, verdriet, allemaal bekend maar dat gevoel van donderdagmorgen was angstaanjagend, al was ik niet in staat om angst te voelen. Ik belde mijn moeder. Mijn vader nam op maar ik wou mijn mama. Huilend hing ik aan de telefoon en dat maakte haar alleen maar bang. 'Waar ben je?' en ze herhaalde dat een aantal keren. Meer dan een uur later stond ze hier maar ik was veilig thuis eens ik dat telefoontje gepleegd had. Zo voelde het... 'veilig'.

Ik en mama zijn niet de beste praters... Dat bleek nog maar eens. Ik wou alleen maar dat er iemand was en ze was er. Ik zat daar maar, in de zetel, met een pijn die letterlijk hartverscheurend was. Na een tijd nam ze me mee, mee weg van hier, naar mijn zus waar ook papa was. Ik ben daar in de grote tuin opgevangen, op de schouders van mijn vader en mijn zus die me knuffelde, huilend en steunend op die mijlpalen uit mijn bestaan. Er werd een zetel klaar gezet die goed was voor mijn rug en met jas en al en nog een deken erbij bleef ik het door en door koud hebben. Zo zat ik daar, de hele voormiddag, alleen, met een hond die constant troost bood en waarvan de ogen duidelijk maakten dat ze wist dat ik verdriet had. Met een poes die voor me zat, die naar me toe wilde om troost te bieden, was het niet dat ik angst heb van katten en ik haar dus op een afstand hield.

Leeg, leger, leegst... Ergens tegen de middag vroeg men me iets te komen eten. Een halve boterham, meer lukte me niet. De familie als een goed geoliede machine in gesprek en ik zat daar, in mijn veilige haven, woordenloos. En ergens toen kwam het terug boven: ik wil alleen zijn. Dus bracht zus me terug naar huis. Ik had slaap nodig, slaap. Mijn bed. Het is me toen gelukt 1 uur te slapen. Meer was niet mogelijk.

Ergens tegen de avond koos ik voor de televisie en startte ik een opgenomen aflevering op de recorder. Tot de telefoon overging. Je kijkt en je twijfelt even... Zou ik opnemen? Maar je neemt op.

Hallo... zeg ik met een kleine stem
Hallo... zijn stem is niet veel groter

Of hij de gsmkabel die ik had gevraagd van me en die nog bij hem lag toch mocht komen afgeven in plaats van in mijn brievenbus te steken zoals ik gevraagd had. 'Je bent welkom', zei ik. We logen allebei niet hoe moeilijk de dag ons was gevallen en een half uur later reed hij de oprit op.

Stilte, zoeken naar een vest om het warm te krijgen en de simpele vraag: 'een thee?'. En zo belandden we op mijn zetel en begon er een mooi gesprek. Twee uur lang communicatie in alle rust. Omdat je weet dat vijandigheid, stoere woorden en al de rest van die dingen geen hulp bieden in momenten als deze. Enkel de kalmte en de rust, de nodige stiltes, houden de boel in gang.

Dat hij geen stilte wil. Dat hij het gewoon niet weet... Dat hij verliefdheid wil voelen... We zijn gestart op basis van een heel intense vriendschap, anders dan anderen dus... Maar dat kwam door onze voorgeschiedenis, door het feit dat daar geen emotionele ruimte voor was toen... Maar als hij er terug in schuift wil hij schuiven op een roze wolk...

We nemen afscheid, blij met de babbel, blij met de dialoog die er terug is. Zonder verdere afspraken. Zonder gebruikelijke zoen bij het buitengaan, etc. De vrijdag is stil en tegen de avond denk ik... Als hij wil dat hij er niet alleen in staat in die stilte, dan kan ik maar moeite doen. Denkend dat hij thuis aan het werk was zoals hij had gezegd, bel ik hem en stel ik voor samen een hapje te eten in mijn tuin (er staat nog lasagna die we eerder deze week maakten bij hem in de frigo). Hij blijkt niet thuis te zijn maar op zijn ander werk... Buitenland... Een goed plan, zegt hij, maar er zijn dus praktische bezwaren. En ik besef dat dit telefoongesprek daardoor in feite overbodig is. En toch praat je verder, zeg je dingen die je niet wil zeggen en hou je je hart vast... Druk je op rewind en rewind en wil je niet dat dit telefoongesprek een eigen leven gaat leiden. We krijgen er uiteindelijk terug grip op en ronden na een uur ook af... Maar toch, mijn hart... Dat het over is krijgt hij niet over zijn lippen... Maar toch, wat is dit dan?

Zaterdag... en ik zwijg. Ik zwijg, probeer mezelf in gang te houden achter mijn naaimachine en het lukt maar toch... traag, langzaam, in horten en stoten... Bezig blijven, miss, bezig blijven. Tegen de avond komt zus me volgens afspraak halen voor een avondje film. Ik shot mezelf buiten. Ik kan terug in kleedjes waar ik al lang niet meer in kan en ik besluit die aan te doen, kwestie van dat deel van mezelf niet te verwaarlozen.

In de auto eet ik een koek en zus kijkt naar me: 'je eet toch wel he?'. Ik geef toe dat het weinig is... Cornflakes is wat ik binnen kan houden, zeg ik haar. Zij... tsss: ldvd? En mijn tranen wellen al op bij dat domme woord. 'Ja, lach er maar een beetje mee', zeg ik haar en ze schiet hard in de lach: 'je weet dat je dat niet mag zeggen tegen me, antwoordt ze, dan moet ik zeker lachen' en ik lach mee.

Avond, terug thuis en liggend in bed. Slapen zal voor later zijn. Plots een sms... Hij... Ik staar even naar dat scherm voor ik open... Hij had wat gewerkt, maar toch was het een vreemde dag... Slaap zacht, voegt hij er nog aan toe.

En ik staar... wel 20 minuten lang alvorens ik antwoord. Allerlei antwoorden schieten door mijn hoofd, de ene al voorzichtiger, de andere al stouter en ik weet het niet... Het wordt uiteindelijk 'Slaap zacht. En als morgen nog vreemder mag en er is ruimte voor hooverphonic, i'm in'.

De slaap wordt gevat, wederom in pozen... In totaal 5 uren vannacht en daar ben ik ruim blij mee. De zondagochtend is zelden zo leeg geweest. Een bed alleen, een gemist ontbijt... En tegen een uur of half elf houd ik het niet meer en denk ik: ik weet dat het fout is maar toch bel ik hem. Na enige keren neemt hij op. 'Hij had me ook willen bellen vandaag. Hij zou graag samen naar Hooverphonic gaan'... 'Dan doen we dat gewoon', zeg ik hem. En wat met eten, vraagt hij, die lasagna komt stilaan mijn oren uit. Ik lach. Ok, iets kleins dan omdat ik ook toegeef dat eten niet echt mijn ding is dezer dagen en het me moeite zal kosten. Iets kleins, ok.

17u45 bij mij?
17u45. Ik zal er zijn, zeg ik hem.

donderdag 15 september 2011

En mijn hart blijft achter...

En plots is alles anders...
Van de ene dag ga je naar 'er is onrust in mezelf'
over 'ik heb tijd nodig'
over 'we zien elkaar beter een tijdje niet meer zodat ik dit gevoel kan uitzoeken'...

En ik vloeide leeg
alsof er enkel nog een lijf is
Opmerkingen als 'je ziet er belabberd uit', 'voel je je niet goed' of 'heb je pijn aan je rug' sierden gisteren mijn dag op het werk. Ik geraakte amper vooruit... Zij, niet wetend waardoor het kwam.

Plots weet hij niet meer of dit 'genoeg' is. Of het bindingsangst is of het niet bestemd is te zijn...
Niet plots... blijkbaar een niet weg gegane twijfel sinds die er al was voor we iets begonnen...
'Jij hebt mijn hart uiteindelijk open gebroken die dag dat we iets begonnen', zei ik hem gisteren, 'niet andersom'. Dat weet hij.

Dat hij dit nog nooit heeft meegemaakt, zo 'connecten' met iemand... Dat ik uniek ben... Dat hij weet dat hij daar heel spaarzaam mee moet omgaan...

Van praten in een zin over kinderen en hij die zegt 'we zouden dat goed doen' naar terug vrienden zijn en ik die zeg dat dat niet meer kan. Al moet ik er mijn leven voor omgooien door dezelfde vriendenkring maar terug naar hoe het was voor we iets begonnen... Neen, ik hoor een giga-déjà-entendu uit mijn verleden en weet: neen... dat gaat niet... Al wil ik hem nu geen ultimatum van 'alles' of 'niets' stellen maar toch zeg ik het hem dat ik dat niet kan.

En toch... lag ik vannacht alleen in mijn bed. Sliep ik de laatste drie dagen amper 2u en half aan een stuk... Heb ik de helft van de nacht en gisteren overdag op het toilet doorgebracht... Braken, diarree en lijkbleek... Mijn lijf wil niet mee... En mijn hart blijft achter.

En ik heb geen hoop dat dit nog goed komt... Niet wanneer de communicatie stopt. Niet wanneer er niet meer afgesproken wordt... Dan zal de rust wel weder keren, dan zal de onrust wel zakken en door het feit dat die onrust zakt zal hij menen dat dit het beste voor hem is... Ik gun hem zijn geluk, vanuit de grond van mijn hart wil ik niets liever dan dat...

Zondag een ticket voor Hooverphonic: 'als je stilte wil zal je die van mij krijgen maar dan zoek je ook best iemand om mee naar Hooverphonic te gaan', waarop hij zo kijkt... Al de tickets voor het komende jaar... de reis naar New York eind oktober waar we één jaar samen vieren (de vliegtuigtickets op naam en het appartement zijn geboekt en betaald)... 'Zoek eerst dit maar uit, daarna praten we wel over de rest', zeg ik hem.

Maar er is geen hoop meer. Na een gesprek gisterenavond na de kookles waar ik me recht heb weten te houden (een wonder), geloof ik niet dat ik mezelf dingen moet gaan wijsmaken en hij plots 'eureca' zal zeggen en 'weten dat dit genoeg is'.

En mijn hart blijft achter...

maandag 22 augustus 2011

Woordenloos

Ik zucht vooraleer dit te schrijven. Niet dat schrijven een opgave wordt maar eens te meer ben ik hier om te zeggen dat het leven een rotvaart dendert en het allesbehalve rot aanvoelt. Alleen gaat het leven snel. De rugpijn blijft een soms ondraaglijke compagnon die als een schaduw achter me en dan weer voor me loopt. Tweemaal in het operatiekwartier gelegen, twee maal in het hoofdkussen bij elkaar genepen... 'Gaat het mevrouw?'. 'Het gaat' en tegelijk blies ik adem uit en dacht ik: bijten miss, bijten. 'U hebt een hoge pijngrens  mevrouw. De meesten springen hier van tafel'... Ik glimlachte enkel.

Over de liefde... Wat moet een mens schrijven als het hart vol is en je dat niet wil laten overlopen. Het allemaal van binnen laten zitten is zo'n fijn gevoel. En toch, val ik in herhaling vrees ik en vraag ik me af of u het nog boeiend vindt...

Verrekken van de kou bij een theatervoorstelling in openlucht en hij die zijn jas opentrekt en mij er onder vast houdt en bij het naar huis wandelen zijn jas uit doet en die over mijn schouders legt... It's my movie.

Meestal zijn we samen. 's Avonds, weekends, etc. Dan werkt de ene daaraan en de andere daaraan maar we zijn in elkaars buurt, we houden daar wel van. Af en toe botst dat wel eens. Té dicht is af en toe gewoon 'te'. En soms los je elkaar... afspraken met vrienden, etc.
Ik had net zo'n weekend, helemaal voor mezelf en ik begreep hem plots dat het af en toe gewoon deugd doet om je ding te doen. Ik haalde mijn huis overhoop, naaimachine en overlockmachine in de aanslag. Ondertussen waste ik stoffen, liep ik naar de winkel voor materiaal en deed ik tegelijkertijd mijn strijk, etc. Duizend en één dingen... Ik had energie voor tien dit weekend en deed zotte dingen. Om 0u00 nog aan dat laatste restje strijk beginnen op een zondagavond die net gedroogd op de draad hangt... Ik vind het er zelf over.

En toch... Alleen zijn doet soms deugd. Weten dat die andere er is en tegen de middag opgebeld worden door je lief met een kater... Horen dat je elkaar gemist hebt... Het is iets raar. In de keuken staan, hij die thuiskomst en dan dat warme gevoel door je lijf... 'Je mag meer weggaan en een dag later thuiskomen', lag ik hem tussen de kussen door toe.

Het zaligste moment van de dag... Absoluut de morgen... Twee slaaphoofden die de ochtend pijnlijk aanvoelen maar die in die eerste momenten elkaar opzoeken... Neuzen die elkaar vinden... En al te vaak zonder woorden... Dan weet je dat het huizenhoge cliché zich ook in mijn lijf heeft gevestigd... 'Echte liefde heeft geen woorden nodig' (en ik braak zelf bij het schrijven van die zin).

*lacht*

- of hoe de liefde me de allergrootste bullshit doet schrijven -

donderdag 28 juli 2011

Simultaniteit

- Je zit in de auto, naast hem, terwijl hij rijdt. Door de boxen klinkt een ritmisch lied. Ik tuur naar buiten, de gevels afstruinend met mijn ogen. Ik doe iets en hij doet tezelfdertijd hetzelfde: ik knip met mijn vingers. Die simultaniteit doet ons naar elkaar kijken... Niet weer... we knikken van nee en lachen.

- Ik wandel over straat, onderweg naar mijn auto om de dag weer te beginnen na een morgen waaruit ik niet wou verdwijnen, na armen rondom mij waarin ik verstrengeld wilde blijven... Ik wandel en hij wuift, vanop zijn fiets. Ik doe iets en hij doet tegelijkertijd hetzelfde: ik werp hem een kus toe. Weer knikt hij van 'tsssss' en met zijn hoofd van nee... Ik lach de buren in de straat wakker.

En zo gaat het wel vaker. Woorden die tegelijkertijd uit elkaars mondhoeken rollen zodat we concluderen dat we eigenlijk niet meer moeten praten.

En we lachen... simultaan.

donderdag 9 juni 2011

Groeipijnen

Soms zijn er van die dagen dat je er niet uitraakt. Alles wordt dan wat doffer, alsof je door een mist loopt en de einder niet meer ziet. Eens dat je alleen maar rondwaart binnen de contouren van je eigen lijf, leert de ondervinding me dat ook je hoofd het perspectief verliest.


‘Druk, druk, druk’… Er is iets in de Nederlandse taal wat maakt dat je het woord tegenwoordig drie keer moet zeggen, alsof het de snelheid waarmee alles rondom me flitst kracht bij zet. Al is kracht net wat ontbrak de laatste dagen. Mist zorgt voor onzekerheid, voor angst. En de tijd die passeert zorgde de afgelopen dagen voor een vernauwing van de denkpistes, een dichtgeknepen hart en een voelbare afstand die genomen werd langs twee kanten.

Angst door de kamers van mijn hart voelt aan als een spook: je wil het niet in je eigen huis. Dus beet ik een paar dagen in het stof, draaide molentjes en deed mezelf verstommen. Wanneer alles culmineert is er in miss abnormalia maar een ding dat zal overblijven: de drang om er alles uit te braken. Het kwam er, rustig en met de nodige ruimte en hij lag naast me, tegen me en met zijn arm over me… Praten helpt. Voelbare afstand kan je alleen maar terug verkleinen op momenten dat we hebben vastgesteld dat het dit niet is wat we allebei willen.

Dan sta ik op, wandel ik door het huis dat plots een extra venster lijkt gekregen te hebben en adem ik diep de dag tegemoet. Weg dat zware hart. Het vroeg nog een dag en een examen kookles vol opperste concentratie van beide kanten en ver uit elkaar maar dan brak dat gevoel in duizend stukjes. Voor de kookles reed ik een gigantisch grote parking op en bij het indraaien van mijn parkeerplek draait er langs de andere kant een andere auto de parkeerplek naast me in… Tussen de duizenden auto’s staan wij naast elkaar en kijken elkaar lachend aan… Hij die altijd zegt dat toeval niet bestaat zoent me uitgebreid en vanbinnen kriebelt het. Hij, na het examen met zijn armen rond mijn buik en met zijn hoofd op mijn rug leunend, en ik van binnen vol opluchting.

In dagen als deze denk je na over al die dagen die al samen gepasseerd zijn en weet je plots weer dat niets vanzelfsprekend is, al lijkt het soms wel zo. 221 dagen samen. Dat zijn 19 094 400 seconden, 318240 minuten, 5304 uren of 31 weken (bijna)… Ik wist het deze week weer: ik ben miss abnormalia en toch had ik nooit gedacht, verwacht van ooit zoiets mee te mogen maken. Groeien dat moet ik. Elke dag, elk moment een beetje…

vrijdag 20 mei 2011

Ongeloof

Bijna anderhalve maand verder na zijn terugkomst. Bijna zeven maanden samen en de volle zes gepasseerd. We maken culturele plannen a volonté voor het einde van volgend jaar en voor 2012. We doen het zonder vragen. We trekken er weekend op weekend bijna op uit met verschillende vriendengroepen en af en toe reserveerden we er ook enkele voor ons twee. We zitten met een overvolle agenda, elke dag van de week, elk weekend weer...

Ergens in die afgelopen weken maakten we ook ruzie... En we voelden ons allebei slecht maar hadden door onze koppigheid toch meer dan 24 uren nodig om het bij te leggen en ik kan u onmogelijk schoon uitleggen hoe degoutant mottig ik daar van geweest ben. En toch lijkt het ook ergens al weer zo ver weg.

We doen gewoon door.

Mijn hart kan sprongen maken terwijl ik ergens aan tafel zit, tussen een bende en dat is dan mijn geheim. Mijn hart kan heel even het noorden kwijt zijn als hij, net wanneer ik me op de bedrand zet om onder de dons te schuiven, tegen mijn rug aanzakt en me knuffelt. Mijn mondhoeken komen alleen maar in de glimlachstand als hij 's avonds de dons tot net onder zijn kin trekt, op zijn zij draait en met sterretjes in zijn ogen naar me kijkt. Mijn hoofd schuint zich tegen het zijne als hij heel stilletjes mijn nek kust opdat ik niet verschieten zou en hij zijn hoofd daar even laat hangen.

Ik lig al drie dagen ziek in bed met een zomerse keelontsteking en een hoofd om u tegen te zeggen maar dan is hij er die me op de middag belt om te horen hoe het met me gaat... Dan is hij er na het werk of na het bezoeken van een vernissage om me honderduit dingen te vertellen... Dan is hij er...

Ik kan soms vol ongeloof in mezelf naar hem kijken en blijven hangen met mijn ogen... Hij is er en soms kan ik dat echt nog niet geloven...

woensdag 6 april 2011

Ademen

Nu is het alleen nog maar een kwestie van blijven ademen... Tot morgenvroeg. Ergens rond 9u15 zal het vliegtuig landen en wordt het tanden bijten tot ik hem gepakt en gezakt in de aankomsthal zie verschijnen...

En ik dacht, ik kijk het even na... De geneugten van het internet vertellen me dat het vliegtuig 32 minuten vertraging heeft... 9u47 landen, dat verlaat het weerzien alleen maar. Niet getreurd, hij is onderweg en ik zie het nu. Dat maakt dat ik morgen een trein later kan nemen.

Na 30 dagen elkaar te missen kunnen die 32 minuten er ook nog wel bij.

Ik kijk rond in de kamer die de mijne niet is... Ik wen straks al aan zijn bed wegens dichter bij het station. Ik kocht vandaag nog een boek. Hij die terugkomt mag een cadeautje krijgen. De champagne staat koud, de aardbeien wachten op zijn thuiskomst.

Hij die in zijn vers gemaakte kleren nog gaan eten is op de 64ste verdieping en me smste: 'wou dat jij erbij was'... Maar ik was erbij... En dat doet wonderen met mijn hart en verkleint de doorgang in mijn keel.

We zijn rond. Nog even slapen, even ademhalen en we zijn er... Goudvissen die zwarte vlekken vertonen (o owwww), wachten op hun topverzorger. Ik ben blij dat ik ze weer mag overdragen. Een cadeautje ingepakt in hartjespapier (3 cadeautjes)... Het huis is er klaar voor.

En de koningin ook.
In mijn hart rol ik de rode loper uit...
Laat de koning maar komen!

Nog 24

Nog 24 uren...
Tik tak
zo tikt ook mijn hart...

Ik hoop dat het morgen nog tikt!

nog 1

Elke lezer die hier ook maar af en toe
of 1 keer
of vele keren komt
ik ga u tot iets verplichten!

U doet dit samen met mij
en super uitbundig
gemeend vanuit het diepste bodempje van uw hart

U steekt de handen in de lucht
mexican wave er gewoon drie keer op los
(meer mag uiteraard ook)
en roept

WOEHOEWWWWWWWWWWW
WOEHOEWWWWWWWWWWW
WOEHOEWWWWWWWWWWW

en als het niet natuurlijk lukt
u bent verplicht
NU te glimlachen

Nog 1 nacht slapen
Als slapen er al van komt
nog 1

Vroeg wakker
nu al
wat gaat dat morgenvroeg zijn

Nog eentje
en dan heb ik de volle dertig achter de rug
Nog eentje
en dan vinden hij, ik, wij, elkaar terug
Nog eentje
en dan zoen ik mijn koning als nooit tevoren
Nog eentje
en dan gaat het leven pas écht beginnen
Nog eentje
en dat de treinen richting Schiphol morgen niet durven staken, pech hebben, of wat dan ook!
Nog eentje
en ik kan haast niet meer wachten tot die 28 uren die nog moeten komen voorbij zijn.
Nog eentje...

En u doet het nog eens met me mee
Ready?
Schud die armen wat los
Schud die poep los
Want we gaan er zelfs bij rechtstaan nu
(doen é!)

HANDS IN THE AIR
POEP IN THE AIR

WOEHOEWWWWWWWWWWWWWWWWWWWWWWW!!!

(dank u)

dinsdag 5 april 2011

verwarring

Verwarring
of hoe een sms anders kan geïnterpreteerd worden...
Hij was naar kleermaker geweest en had mijn verrassing gevonden.
Ik dacht: oh joepie, hij heeft een cadeautje voor me.

Later die middag hoorde ik hem.
Hij was blij met mijn mail. Die had iemand van het hotel keurig onder zijn deur geschoven.

En ik lachte
en zei dat ik het anders begrepen had...
'Oh, dieeeeeeee verrassing'.

Ik zweeg uiteraard over mijn interpretatie. En dacht aan mezelf: gij sé kieken!
Hij had mijn mail dus gehad, nog voor hij de mail had gehad dat er 'iets' aan de receptie lag voor hem.
De verrassing was dus gelukt en hij was er superblij mee.
Dat moet ik onthouden!
Dat én het feit dat ik een kieken ben!

Nog 2, nog 2... tok ik.

Nog 2

Nog 2 nachten...
Vanmorgen de gebruikelijke sms van mijnentwege.
Wederom te vroeg wakker...
Maar dit keer met een smile die net boven de dons uitkwam.
Enige minuten later kreeg ik er eentje terug.
Hij had net een verrassing voor mij gevonden...
en ik giechelde, als een klein kind.

Gisteren kreeg ik een mail met de gegevens van zijn laatste hotel.
Ik reageerde impulsief, schreef een brief, mailde die naar het hotel met de vraag te bezorgen.
Alsnog geen bevestiging.
Vandaag dan maar naar hem gemaild dat er een bericht zou te vinden zijn aan de receptie.
En nu maar hopen dat die Thais aan de receptie flexibel zijn.
Ik vond het gewoon een grappige verrassing, jammer dat ik er toch een deeltje van moest vertellen.

Nog 2 nachten...
En het wordt toch nog een beetje slikken
toch nog een beetje adem blazen
alvorens het donderdagmorgen is...

Nog even...
Uitgerekend: Over ongeveer 46 uren zal ik hem in mijn armen sluiten...
Let the countdown begin!

maandag 4 april 2011

Nog 3


Nog 3...
Hij keert vandaag terug naar waar hij begon
Bangkok
Om van daaruit nog twee dagen rust te hebben, af te ronden

Gisteren sloot hij een sms af met 'Bisou Royale et a bientot'...
De invloed van de fransmannen waar hij mee optrok de laatste dagen.

Nog 3 nachten
en mijn hart maakt rare tuimelingen
mijn maag draait een beetje raar...
Ik...
kan amper wachten...

zondag 3 april 2011

Nog 4

Nog 4...
Mijn hart...
Vanmorgen zag ik hem bij toeval even via skype...
Mijn glimlach...

Nog 4...
Vanmorgen kreeg ik een héél klein beetje energie daardoor
maar toch
nog 4...

Dat ze maar snel voorbij zijn!

zaterdag 2 april 2011

Nog 5

Nog 5 nachten
5 nachten alleen in dat bed
5 nachten vooraleer ik kan omarmen
5 nachten en dan zoen ik hem
5 nachten en dan neem ik de trein
5 nachten en dan wacht ik in die aankomsthal
5 nachten vooraleer ik weer gerust kan zijn
5 nachten en dan wandel ik met croissants naar het station
5 nachten en de champagne staat al koud
5 nachten en dan klinken we
5 nachten...

woensdag 30 maart 2011

Over (-) stromen

Ik ontwaak, stuur een sms en krijg niets terug en mijn kleinzerig hartje begint dan al te boenken. Je hijst jezelf uit je bed, wachtend op dat verlossende gsmgeluid maar er komt niets. Dan maar naar je werk en gewoon starten aan die nieuwe week. Elke dag is een dag minder, elke dag denk ik dat opnieuw. Mijn hoofd probeert zichzelf te sussen en de overload aan telefoons, vragen en mensen die mijn bureau platwalsen doen dat even op de achtergrond verdwijnen doch niet vergeten.

Ik adem hem.

Er staat iemand aan mijn bureau met een vraag en achter me gaat mijn gsm… In gedachten lach ik en tegelijk probeer ik mijn concentratie te behouden. Eens terug alleen kijk ik en warm ik helemaal op van binnen. Mits een netelige situatie, alsof ik ze van ver voelde, is alles nu in orde en ik haal opgelucht adem.

Ik ontlucht door hem.

Het hart bonst nog enige tijd na. Rond de middag tref ik hem online en weer gaat mijn hartslag omhoog. Hij geeft toe dat het elke keer een beetje hopen is als hij skype open trekt. En ik trek met mijn beide handen aan mijn kaken omdat ik vrees dat ze ooit zo blijven staan. Tegelijkertijd vliegen mijn vingers over het klavier. Zijn ‘kusje’ op het einde veeg ik met felle hand weg en ik deel hem mee dat ik een ‘KUS’ verwacht als hij terug is en met een ‘kusje’ geen genoegen neem. Prompt verschijnt ‘ik ben niet van plan me in te houden’… En vanbinnen huppelt een kleuter op en neer door mijn hart.

Ik ben een kleuter.

Weer een nacht, weer een getal minder in mijn hoofd. Ik tel de dagen zoveel keer per dag ook nog eens na. Bang dat ik mijn rekenkundig talent verloren heb en me zou vergissen, gebruik ik daar zelfs mijn vingers bij. Vandaag kan ik het op twee handen.

Ik heb twee handen.

Werken, werken… ik probeer daar de nodige concentratie te vinden om de dagen sneller vooruit te laten gaan. En plots valt daar een mail binnen… Weer die verwondering, weer die bewondering…  En ik lach en ik mail terug. En ik herlees zijn mail en blijf herlezen…

Ik lees hem.

Later valt mijn baas binnen om een vergadering te plannen. ‘8 april is nog vrij zegt hij’ en ik roep bijna: ‘dat bestaat niet’ en hij schrikt en kijkt me aan en ik schrik van mezelf… Oeps… Sorry en ik herpak me: ‘Dat mag je echt niet van me vragen. Na een maand is mijn vriend dan eindelijk thuis en ik kom echt niet werken dan’. Hij bladert naarstig verder in zijn agenda op zoek naar een andere datum en herhaalt een paar keren: ‘natuurlijk niet, natuurlijk niet’… En mijn hart vindt terug rust.

‘Wij’ bestaan.

Ik neem een paar uren vrij, werk verder aan een kleedje waar niemand het bestaan van af weet en haast me naar de kine. Ik kruip van de tafel, zet me in mijn auto en kijk even op mijn gsm die op stil stond. En daar prijkt zijn naam… Weer een update, weer James Blake in zijn oren… Ik moet weer op mijn tanden bijten om die tickets niet te verklappen… Maar ik weet nu al hoe hard ik scoren zal.

There’s no limit to my love.

Er is geen moment in de dag dat hij niet bij me is. In het bed, zelfs met mijn ogen toe in de morgen, in de badkamer, in de keuken, bij het strijken, in de auto, op mijn werk, in het kleinste kamertje van het huis, op café… Alsof hij door mijn aderen stroomt.

Hij stroomt door mij.

En ik wacht en verlang naar al die kleine dingen die ik koester en die ik in gedachten zie. Tegelijk vraag ik me af hoe het weerzien zal zijn. Dat scenario flitste al x aantal keren door mijn hoofd. Tranen, blijdschap, zenuwen, knarsetanden tijdens het wachten,… Ik weet het niet.
Morgenvroeg als ik wakker word zijn het nog 9 dagen…

Nog 9 dagen...

donderdag 24 maart 2011

Het paradijs

Klaarwakker, vannacht om 3u. Ik open mijn ogen en mijn bovenkamer raakt direct terug in gang. Ik hoorde hem maandag, dinsdag en woensdagmorgen kreeg ik hem zelfs te zien. De wonderen der techniek laten mijn hart volledig open bloeien. Mijn hoofd rekent zes uren erbij en weet dat hij bijna op zijn nieuwe bestemming is. Mijn vingers tikken een sms en enige minuten later is communicatie een feit.


Ik hul me in mijn dons, ruik even aan een zakdoek met zijn parfum en sluit mijn ogen. Ik besef dat bij het opstaan het nog exact 14 dagen zal zijn vooraleer ik hem weer in mijn armen kan sluiten. Ik tel af, dag per dag, moment per moment, nacht na nacht.

Hem gisteren te zien, hem te horen en telkens opnieuw te mogen horen dat ook zijn gevoel niet anders is, geeft me een kracht die ik nooit eerder heb mogen voelen. De onzekerheid die als een tsunami plat gewalst wordt en plaats maakt voor een rotsvast vertrouwen is een meer dan welkom geschenk in mijn onzeker hoofd.

In 'het paradijs' daar regent het momenteel en ik zei dat ik jammer genoeg niet kon toveren maar hij zei in een paar woorden nét dat wat alles eigenlijk samenvat:

‘Het paradijs is onbereikbaar, jij bent dat gelukkig wel.’

dinsdag 22 maart 2011

Telefoon

Maandagavond en tussen de late werkuren door zit ik even bij mijn ouders aan tafel een hapje te eten vooraleer ik er weer moet invliegen. Ik hoor iets, spits mijn oren en merk dat het deuntje van mijn GSM me allert maakt. Er zet zich dan iets onnozel in beweging: een miss die loopt naar haar GSM. En toch… Ik voel me pakken minder onnozel als ik zie wie er aan de andere kant van de lijn hangt… ‘Mijn Koning’… ergens in het verre oosten.

‘Hallo’?

En ik zoek mijn woorden en kan enkel ‘hey, wat leuk’ vinden.

Ik trek naar een andere kamer om even helemaal de privacy te hebben die ik nu voor dit telefoontje wil.

Wat zich ontplooit is een razend mooi telefoongesprek. Ik geraak moeilijk in gang, de emotie overvalt me en ik denk dat ik wel tien keren gezegd heb ‘zo leuk…’ maar hij hoorde dat ik blij was, hij hoorde de krop in mijn keel en de tranen die welden in mijn ogen. Hij lachte. Hij vond me schattig.

Ooooh, ik wil echt niet huilen’, zei ik. ‘Maar ik ga het straks toch doen’. ‘Ik mis een beetje de stoere miss’, biechtte ik hem op. ‘Dat is toch nergens voor nodig’, kwam er rustig van de andere kant van de lijn. ‘Nee, misschien niet maar ‘ik’ mis een beetje die stoere miss, voor mezelf’. Hij lachte en ik lachte terug.

Een telefoon over gemis en ik was blij te horen dat hij me ook erg miste. Dat het gemis zo sneed en dat ik de afgelopen dagen echt al zoveel gehuild had maar dat ik anderzijds dat niet wilde toegeven aan hem omdat ik wil dat hij zich amuseert, daar ook niet mee bezig moet zijn en gewoon ten volle moet genieten omdat ik hem dat ook zo hard gun. Dat het ergens dus ongelooflijk pijn doet maar ik anderzijds ook ten volle besef ‘hoe graag ik je zie’ en ik hoorde een lach aan de andere kant van de lijn. Het is niet anders langs die kant. Ook daar gaat een hele nieuwe wereld open door het alleen reizen maar tegelijk dat sterke gemis. We leren allebei en we weten daardoor hoe goed het zit tussen ons.

Ik heb de donderdag en vrijdag verlof genomen als je thuis komt’, biecht ik op. ‘Moe of niet moe, ik ga gewoon bij je in bed liggen die twee dagen, maar geen haar op mijn hoofd dat gaat werken. De wereld mag ontploffen dan’. Weer die lach langs de andere kant van de lijn en hij die daar ontzettend blij mee is. ‘En ik heb al zeker tien keer gekeken om je te komen halen op Schiphol. Geen haar op mijn hoofd dat met de auto gaat komen. Die uren quality-time terug met de trein wil ik volledig benutten in plaats van me te moeten concentreren op het verkeer. Maar ik kom je halen hoor, ik wacht die dag niet meer tot de middag’. Geluk, langs die kant van de lijn omdat hij daar stiekem al op gehoopt had.

De glimlach op mijn gezicht valt sinds dat 17 minuten lang durende telefoongesprek niet meer uit te wissen. Ik weet sinds 8 maart perfect wat ik voel. Ik weet ten volle waar ik zeker van ben en dit soort telefoontjes, de mails, de sms’n doen me helemaal beseffen dat dat langs de andere kant niet anders is. De opwarming van de aarde daar zijn wij twee mee verantwoordelijk voor en ik ga me er niet voor excuseren!

Ik leg op, tegen mijn zin maar die vlam van binnen brandt, hevig. Een half uur later stuur ik hem een sms om te benadrukken hoe fijn ik het vond en hij reageert onmiddellijk: ‘Ik lig hier ook nog na te genieten. Met James Blake in mijn oren. Heb je lief. X’…

En ik zwijmel en ik zucht en ik slaak een kreet: ‘oooooh’… Want wat mijn koning niet weet is dat ik net na zijn vertrek ticketjes wist op de kop te tikken voor James Blake… Hij krijgt dus een cadeautje met zijn thuiskomst en ik weet nu al hoe blij hij daarmee gaat zijn.

Ik lach, ik blijf lachen en gisterenavond, in mijn bed ‘woehoeewwwwwwwde’ ik, met mijn armen boven de dons.

Vandaag had ik nog eens het privilege hem tegen te komen via de computer. Reisfoto’s, die fijne babbel… Ik glimlach weer.

Ik mis hem, bigtime maar ik kan ook niet ontkennen dat dit me alles leert wat ik moet weten voor de rest van mijn leven. Zo voelt het, ergens, diep van binnen: vanaf 7 april, zijn terugkeer, begint de rest van ‘ons’ leven! WOEHOEWWWWWWWWWW!

woensdag 16 maart 2011

Wie heb ik aan de lijn, hallo, hallo... Mijn teleromeo!

Ik zit op mijn werk en stuur hem gauw een praktisch mailtje voor een etentje na zijn vakantie en of dat past. Onmiddellijk krijg ik een mailtje terug. Hij, zoveel duizenden kilometers verder, zit ook aan de computer en zegt dat hij op 'skype' zit.

Skype, denkt miss... Ooit al van gehoord en ik weet vaag wat het is maar hoe werkt dat enzo. Gedreven door de liefde en die geeft altijd vleugels, vlieg ik over het wereldwijde web op zoek om dat ding zo snel mogelijk te installeren. De traagheid der computers werkt op dat moment de felle vleugelslag tegen en je duimt je koninginneduimen bij elkaar dat hij er nog zal zijn als die computer eindelijk beslist dat het zo wel goed is.

Ik zoek naar knopjes om te typen maar ik vind er maar geen.

'Hey hey'... hoor ik. Ik kijk verrast naar mijn scherm en naar het geluid en vraag me af waar het vandaan komt.

'Hallo?', zeg ik. 'Kan ik hier iets typen?'

'Nee, je moet spreken'
'Hey hey'... en de stoom blaast door mijn hart.

Compleet van mijn sokken geblazen door de wonderen der techniek hang ik tegen mijn scherm, met het geluid zo minimaal mogelijk en ik praat zo stil dat hij vraagt of ik iets aan mijn stem heb. Ondertussen loopt er een collega binnen (mijn binnenkant schreeuwt 'niet nuuuuuuuuuu') en verstom ik het geluid even... Hij hoorde ondertussen wel alles, zei bij het terug 'on'-zetten dat ik goed advies had gegeven en daar zit miss dan...

Smilend, slikkend... Een tsunami van emoties die op me afkomen. Te praten met haar koning die ergens in Thailand zit na een dag scubadiven op 12 meter diepte in zee en die daar gretig over aan het vertellen is.

'Hoe is het daar?', vraagt hij.

En ik slik, en even is het stil en ik vecht tegen de tranen. Ik weet dat hij het hoort want ik merk het aan die stilte, hoe kort ze ook is.

'Ah, hier is het gewoon he. Druk op het werk, afspraakjes gemaakt en zo voor de rest maar ik mis je wel.' En weer slik ik even en vul direct aan om dat gevoel te maskeren: 'maar ja, gewoon, het gewone leven'.

Hij weet het, ik voel die prikkel ook vanuit zijn richting. Maar hij vangt me naadloos op door te zeggen hoe alles daar wegvalt na een week en hoe hij binnenkort terugkeert naar dat gewone leven maar door actief bezig te zijn daar is hij er na een week helemaal uit en dat doet deugd.

Ik glimlach. 'Ik ben echt blij je te horen', zeg ik.

Hij heeft een razende honger en ik ben niet in de mogelijkheid om te joehoewen en te woehoewen gezien ik op het werk zit, wat het gesprek zeer kort maakt van mijn kant en zeer ingehouden - waar ik enorm van baal.

Maar we hebben gelachen met die ingehouden stem. Met zijn vraag of ik iets aan mijn stem had...

Ik leef op een wolk momenteel...

Mijn telerome-ooooooooooooooooo: WOEHOEWWWWWWWWWWWWW!

P.S. I luv Skype!

maandag 14 maart 2011

Mijn jas

Ik liep wat verloren afgelopen week. Hij die nog geen week weg is en ik met mijn hoofd op de dool. Een labyrint waar je je weg niet in schijnt te vinden. Vreemd hoe iets wat je meer dan dertig jaren gewoon was plots als een huid aanvoelt die je nooit hebt gedragen. Vreemd hoe iets dat pas een paar maanden je leven beheerst zo comfortabel kan voelen en het nu aanvoelt alsof die behaaglijke jas is uitgedaan en je op zoek bent om je terug te omhullen.

Ik heb het koud.

Tegelijkertijd heb ik het ook warm. Een mailtje, een sms om me op de hoogte te houden van waar hij is, wat hij beleeft… Ik slaag er nog steeds niet in om het droog te houden dan. Mijn koning die doet wat hij beloofd heeft: ‘zoveel mogelijk contact met me houden’. Ik geniet van wat hij meemaakt, van het relaxe leven waarvan hij momenteel kan proeven. Hij leest mijn brief, waarin mijn 101 dingen in 1001 dagen - lijstje mee opgenomen was (een lijstje waar hij zo nieuwsgierig naar was maar tot nu nooit te lezen kreeg) en hij reageert vol warmte, vol dromen via sms en de koningin straalt.

Hoe vaak ik ook zelf ergens op een ander continent zat, ver weg van alles en iedereen hier, ik heb het me nooit kunnen voorstellen wat het voor effect had met mensen die hier thuis hun gewone leven verder zetten. Die ongerustheid van een moeder, die begreep ik niet. Nu is er nauw contact met zijn moeder en ze is telkens opgelucht en blij verrast om updates te krijgen die ik haar telkens keurig doorstuur, net zoals ik zelf telkens een beetje opwarm bij een teken uit dat verre oosten. Ik, de madam die niet anders gewoon was om nooit iets van zich te laten horen, eens op het vliegtuig, en later altijd het verwijt kreeg dat ik zo weinig contact had gehad met het thuisfront. Ik die nu met een zekere onrust gewoon hoop dat hij veilig en wel terug hier geraakt. Nog 24 dagen.

Hij heeft een plan voor zijn laatste dagen, zo mailde hij. ‘Een cocktail drinken op een rooftopbar. Kwestie van te klinken op ons weerzien’… En miss slikte… Zilte tranen.

Ik heb het warm.

Missen is iets ongelooflijk. Het gevoel overvalt me. Liefhebben is iets ‘vree’ schoon, nooit gedacht dat iets zo diep kon zitten. Hij heeft een stukje van mijn hart meegenomen en ik kan niet wachten tot dat deel terug op zijn plaats zit. Want het snijdt… Als ik in mijn agenda van het werk kijk en de weken stilaan vol plan denk ik: goh, dat gaat er snel zijn. Als ik in een weekend thuis ben, geen blijf weet met mezelf en een rug heb die niet meewil, dan denk ik: ‘oh nee, nog drie weekends…’. Weken met een superslechte nachtrust staan me te wachten, zo bleek in de afgelopen dagen. Hij die altijd stelde dat hij 'beter sliep met 2' en ik die het moeilijk had dat te geloven... tot nu... Contrasten, ze kleuren mijn dag.

Ik heb het warm en koud tegelijk.