dinsdag 4 oktober 2011

Dinsdag

Maandag ergens in de namiddag zag ik zijn naam op mijn gsm die ik voor de zoveelste keer checkte. Een sms… Ademen miss, ademen en kijken. Of hij vanavond nog eens mocht bellen.

Het toeval wil dat ik die avond vergadering had en dat het me dus niet paste maar dat wou ik niet gezegd hebben. Dus zocht ik een ander uur waarop ik bereikbaar was. 16u.

Ik stopte even met werken alvorens ik er later terug aan zou beginnen, ging even langs bij mijn ouders en ging daar even naar boven. Liggend op mijn oude bed met gsm in de hand.

Hij met papieren in zijn hand op weg naar een volgende vergadering en hij klonk zo ‘ok’… Ik, blij hem te horen… En hij merkte het dat dat van diep kwam. Ik kan niet liegen tegen hem. Ik kan niet doen alsof… Ik zei nadat ik toegegeven had wat voor een moeilijk weekend ik achter de rug had, ‘oh, ik heb een FANTASTISCH leuk weekend achter de rug’… hij lachte.

Waarom ik dan niet gebeld had… En even was ik stil… Elke dag tegen gevochten en dan zegt hij me zoiets… slik. ‘Omdat je afstand wil… omdat ik op mijn tanden bijt om dat te respecteren… Of moet ik je elke dag een sms sturen hoe het daar op weekend is…’ ‘Neen, dat zou ook raar zijn’, zei hij, ‘maar ik bel je nu toch ook’…

Zuchtje.

En toch… ik werd rustiger. Daar waar ik de dag had doorgebracht op flanellen benen en met een hart dat voelbaar onder mijn borstkas zit, werd ik daar in dat moment rustig. Daar waar ik ’s middags nog aan tafel vocht om een boterham binnen te krijgen en mijn ouders bezorgd naar me keken omdat ze zagen dat het me niet afging en ik huilde… ‘Ik vecht mama, ik vecht en doe mijn best maar sterk zijn zit niet alleen in je hoofd… Mijn lichaam wil me daar niet in volgen’… Ze was alleen maar stil en keek met die ogen die ik nooit van haar zag.

Door de tijdsdruk van de vergadering besloten we elkaar na mijn laatavondvergadering nog te contacteren. En mogelijk dan ook af te spreken want ja, er waren wel wat punten die overlegd moesten worden. New York als belangrijkste.

Na dat telefoontje heb ik nog een uur moeten bekomen, zittend aan de tafel met een minimum aan eten, om de eenvoudige reden dat meer gewoon niet gaat. En daarna was ik weer rustig, sterker…

Buitenkomen van de vergadering en bellen. ‘Ok, ik kom naar jou’, zeg ik hem.

Binnenkomen, hij die aan het opruimen is – een vrijgezellenleven… - en dan de dingen laat voor wat ze zijn en me vastpakt. Weer die knuffel en even wegzinken boven zijn rechterschouder.

De zetel, een blikje cola en elkaar… Praten over zijn weekend, over het mijne en hij die verbaasd is hoe intens ik dit allemaal beleef. Ik weet hierdoor alleen één ding héél zeker zeg ik hem, daar waar ik me vroeger niet altijd van bewust was: ‘dat ik je heel graag zie’.

Stiltes, gesprekken… Vragen hoe hij dit dan kan aanpakken… (en hij wist dat de oplossing lag in zijn witte schimmel van stal te halen en op mijn oprit te rijden met een halve bloemenwinkel maar tja…).
Ik lach… mijn ridder op het witte paard… Zo stelde ik het me vroeger altijd voor en nu komt hij met dat idee aandraven.

New York… hij wil mee. Ik geef toe dat ik ook zonder hem was gegaan maar dat ik blij ben dat hij meegaat. ‘Ik zal wel een slaapzak meenemen’, zegt hij en zijn lach erbij doet me glimlachen.

‘Het gevoel’ is echter niet veranderd… Hij weet niet waar hij gaat uitkomen, terug bij mij of een van ons met iemand anders… En die woorden raken.

Ticketjes voor Soulwax en Tiga in New York boeken – ja, ik had dat goed opgemerkt en scoorde door dat voor te stellen. Even zitten aan tafel, mijn pumps die zijn ogen uitsteken en lachen… beiden vechten maar een laatste knuffel en buitengaan…

New York… here we come… en mijn hart wordt iets rustiger. Nog vier weken en vandaag begin ik officieel af te tellen… 

2 opmerkingen:

  1. ik kom hier zo vaak lezen ... al jaren ... en dit doet pijn (zelfs voor mij, die je niet kent) ...
    (ik ben de anoniem van de laatste reacties)

    BeantwoordenVerwijderen